woensdag 2 november 2016

CSV 2-De Pionier 1

Na de resultaten van de eerste ronde gezien te hebben zou dit wel eens een eerste wedstrijd van de waarheid kunnen worden in deze groep. De verwachtingen waren dan ook dat beide teams elkaar goed in evenwicht zouden kunnen houden.
Na zich - door alle verkeersdrukte - met behulp van de aanwezige navigatieapparatuur een weg gezocht te hebben naar de Reigerlaan in Capelle arriveerde het team daar ruim op tijd. Zelfs zo ruim dat men nog druk bezig was met het opzetten van het spelmateriaal! Ook de spelers van CSV 2 druppelden binnen zodat het spel kon beginnen na de welkomstwoorden van de wedstrijdleider.
Het begon meteen al goed met het gebruiken van bijna tien minuten voor zijn eerste zet door Reinier van der Wende aan bord 8. Hij wilde blijkbaar voor zichzelf een goed beeld hebben van alle mogelijkheden en onmogelijkheden van de voor hem toch wel wat minder bekende opening.
Uiteindelijk wist hij toch een voor hem bevredigend vervolg te vinden en zo vorderde de wedstrijd naar het tweede speeluur. Wat er aan de borden te zien was bleek ook de aanhef van dit verhaal redelijk goed bewaarheid te worden, de verschillen waren nog niet zo groot en normaliter worden deze ook pas in het derde speeluur duidelijk. Wel beloofde de strijd zich goed te gaan ontwikkelen aan bord 7, waar Fred van Wieringen een stuk tegen een pion had weten te winnen dankzij minder nauwkeurig openingsspel van zijn Capelse tegenstander. Aan bord 6 had Ad van der Ree, dankzij een lange schaakervaring, een rustige stelling opgebouwd, zonder fratsen van het enigszins ondoordacht uitproberen van wilde ideeën. Wel had hij een dreiging van dameruil in de stelling ingebouwd.  Naast hem had Rik Verheij aan bord 5 de nodige moeite een bevredigende stelling te krijgen. Maar ook zijn tegenstander kampte met dat probleem gezien zijn tijdsverbruik. De eerste vier borden kenden een rustige opbouw, hoewel Ernst-Jan Pluim Mentz aan bord 1 wel een beetje de schaakgoden leek te verzoeken door zijn koningsvleugelpionnen vrij snel op te spelen en daarna toch kort te rocheren. Zowel Jan van Dam aan bord 3 als ook Jaap Santifort aan bord 4 wisten leuke stellingen te creëren met beiden een (half)open lijn en hun torens ook op die lijn. Ook aan bord 2 bij Jan van Huizen mag er sprake zijn van tevredenheid, vooral gezien de mooie druk die hij met zijn paarden uitoefend op de vijandelijke koningsstelling.
Tot zover dus de eerste schermutselingen en laat nu de oogst maar komen zullen de Pioniers hebben gedacht. Maar die oogst liet een beetje op zich wachten, hoewel Ad, nadat die dreigende dameruil niet door was gegaan, in een redelijk dichtgeschoven stelling remise had aangeboden. Geen dameruil dus, wel waren de torens afgeruild, wat de stelling een nog iets remiseachtiger aanzicht gaf. Vandaar dus Ad's aanbod en wat later de acceptatie door zijn tegenstander. Dat resultaat valt ook de tegenstander van Rik op en ook hij ziet, mede door zijn tijdsachterstand, geen duidelijke reden om verder te spelen en biedt daarom ook remise aan. Rik berekent zijn mogelijkheden nog even en komt dan tot de conclusie dat het aanbod nog niet eens zo slecht is en neemt de remise aan.
Redelijk snel hierna komt de eerste winstpartij er aan. Zoals al gezegd had Jaap een leuke stelling en daarmee ook zijn tegenstander vrij veel aan het denken gezet. Met hangen en wurgen wist deze zich nog enige tijd in leven te houden maar toen Jaap tenslotte een prachtig stukoffer pleegde met een paard wist hij geen oplossing meer te vinden (die was er waarschijnlijk ook niet) en gaf op. Dat offer had ook niet aangenomen kunnen worden en de witte stelling werd er ook door verpulverd als het ware. Een hoopgevende 1-2 voorsprong voor De Pionier 1 dus.
Hoogstwaarschijnlijk heeft niemand het gezien maar in deze periode deed een voor velen bekende verschijning haar intrede in de speelzaal: Caïssa wilde wel eens met eigen ogen aanschouwen waar haar volgelingen zich onledig mee hielden. En ze greep bijna meteen in, zeker niet ten faveure van het Pionierachttal helaas! Ze was onderweg haar vriendje Klaas Vaak tegengekomen en had van hem wat slaapzand meegenomen, dat ze nu Jan van Huizen in z'n ogen strooide. Hierdoor overschatte Jan z'n stelling schromelijk en - in plaats van een stuk te winnen - kreeg hij plotseling een toren "om z'n oren" die damewinst op zou moeten leveren. Met een alles-of-niets-paardzet, een soort desperado-combinatie, probeerde Jan nog iets uit de stelling te halen maar hij wist waarschijnlijk zelf al het nutteloze van die poging. Binnen enkele zetten stond het weer gelijk qua wedstrijdstand.
Maar Caïssa deed meer. Ze kruiste ook het pad van Fred met haar zand, waardoor hij een ongedekte loper op f4 liet staan en voor vermeende actie ging. Dat pakte dus faliekant verkeerd uit, Fred raakte zijn materiële voorsprong kwijt. Hierna probeerde hij nog wel de schade zo gering mogelijk te houden maar zijn tegenstander had zich al een hele tijd vastgebeten in de partij en wilde die niet nogmaals uit handen laten glippen. Je weet immers nooit zeker wat die Caïssa gaat doen! Zo kwam het derde verliespunt voor de Pioniers dus tot stand.
Ook het vierde liet nu niet zo lang meer op zich wachten. Reinier had zo nu en dan ook eens bij Jaap gekeken en daar het hangen en wurgen van diens tegenstander bekeken. Dat lijkt me ook wel wat, zal hij gedacht hebben en zo vorderde ook de partij aan bord 8 gestaag. Hij kreeg een pion aangeboden, waardoor hij even later een kwaliteit kwijtraakte en z'n zaken er wat minder zonnig uit gingen zien. Ook hier echter het onnavolgbare werk van Caïssa. Want plotseling kreeg Reinier een toren in de schoot geworden en de dollartekens flitsten uit zijn ogen. Maar in zo'n geval moet je wel goed opletten op je koningspositie want plotseling kwam Reinier mat te staan!
De tussenstand nu van 4-2 beloofde heel weinig goeds, helemaal met een schaakgodin in de buurt die niet op jouw hand is.
Nog even leek het allerergste te kunnen worden afgewend want Ernst-Jan had zijn stelling volgens de regels van de oude schaakgroten in gang gezet, bood op zeker moment dameruil, die niet werd aangenomen. Dan maar zelf doen dus. Maar zijn daarmee opgezette aanval lijkt dood te bloeden en de Capellenaar tegenover hem leek opgelucht adem te kunnen gaan halen. Maar meestal is dat schijn voor de tegenstanders van Ernst-Jan. Zo ook voor deze tegenstander want Ernst-Jan komt binnen met een toren en weet ook een vrijpion heel dreigend op de zevende rij te krijgen. Die is eigenlijk niet meer te stoppen, alleen door de partij op te geven, wat dan ook gebeurt.
Nu moet dus teamleider Jan van Dam nog een punt redden voor zijn Pionierteam. Er zullen ook best wel enkele zandkorrels zijn richting uitgevlogen zijn, want, hoewel hij een leuke stelling had, hij wist er toch niet het grootste rendement uit te halen. De stelling vervlakte en het beste, wat er nog uit te halen leek, was remise. Maar Jan moest meer, hij moest de partij winnen. Helaas bleef zijn tegenstander gevrijwaard van negatieve bemoeienissen van Caïssa en dus lukte het Jan niet, ondanks verwoede pogingen, de partij binnen te slepen. Hij verloor zelfs nog.
Mede hierdoor zag het wedstrijdformulier er later als volgt uit:
  CSV 2 1739 - De Pionier 1 1801 5-3
1 Richard van Herk 1869 - Ernst-Jan Pluim Mentz 2086 0-1
2 Arjan Terlouw 1829 - Jan van Huizen 1777 1-0
3 Walter Vermeer 1669 - Jan van Dam 1820 1-0
4 Mark van Liempt 1718 - Jaap Santifort 1744 0-1
5 Rob van de Bosse 1719 - Rik Verheij 1732 ½-½
6 Willem Klein 1781 - Ad van der Ree 1798 ½-½
7 Johan Bos 1639 - Fred van Wieringen 1706 1-0
8 Thomas Herrewijn 1689 - Reinier van der Wende 1744 1-0
Ook Caïssa kwam er nog even naar kijken en met een brede glimlach zag ze dat haar bedoelingen geslaagd waren.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

test

Anoniem zei

Sport is niet altijd eerlijk blijkt wel.
Een overwinning was gezien de stand op de diverse borden voor de hand liggend, echter, wij kwamen met de schrik vrij maar mochten hiermee onze handen dichtknijpen.
Maar, ook moet gezegd worden dat een aantal van jullie zelf veelbelovende stellingen om zeep geholpen hebben.
Maar goed, competitie is nog lang, Onesimus en Erasmus lijken mij ook sterke tegenstanders dus kansen genoeg lijkt mij.
Met vriendelijke groeten,
Willem Klein (bord 6 CSV)

Een reactie posten