HHC ronde 12

De avond stond vooral in het teken van de viertallencompetitie (zie het verslag van Thomas Amerlaan) maar ook de bekercompetitie kwam een stapje verder. Daarnaast nog een aantal interne partijen met soms een verrassende uitslag.

Er stonden liefst nog zeven lotingen voor de bekercomeptitie open. Er kon hiervan deze avond een tweetal worden gespeeld waardoor de vijf andere reglementair moesten worden beslist door de competitieleider. Dat deed hij dan ook en zijn beslissingen zijn te vinden ondeer het kopje "interne beker competitie". Wat wel werd gespeeld was ten eerste Frits van der Veeke tegen Thijs van Dam. Hiervoor was Thijs speciaal (?!) uit Antwerpen overgekomen. Had hij dat niet gedaan dan zou de competitieleider hem hoogstwaarschijnlijk als verliezer hebben aangemerkt omdat hij tot nu toch nog nauwelijks op de club aanwezig was geweest. Antwerpen is dan ook niet naast de deur! Nu wist hij al snel beide partijen te winnen en gaat dus door naar de volgende ronde. Frits had overigens wel een verklaring: "ik heb m'n laatste partijen allemaal gewonnen omdat ik van te voren een donatie had gedaan aan een goed doel. Dat deed ik deze avond niet!". De andere loting was tussen Kees Breen en Ellen Akershoek en ook hier was sprake van beide partijen gewonnen door dezelfde speler. De winst van Kees had overigens niets te maken met een donatie aan een goed doel, Ellen wist gewoon geen vuist te maken in beide partijen met dus Kees naar de tweede ronde. Die tweede ronde gaat overigens van start op 4 december.

Dan naar de interne partijen. De meest verrassende uitslag kwam hier tot stand in de partij tussen Amine Mahjoubi en Jan van Dam. Het commentaar achteraf van Jan was dan ook vrij duidelijk: "Ik heb een grote fout gemaakt!". En die fout betekende dat hij de partij had verloren. Dit werpt ook weer een ander licht op de sterkte van Amine. Hij is nu gevorderd tot de derde plaats in de ranglijst. Ook de tweede partij kende verrassende kantjes want de nieue remisekoning van De Pionier sloeg weer toe met zijn vijfde remise in totaal. De partij tussen Peter Leentvaar en Timo van Kesteren eindigde relatief snel in remise. De derde partij ging tussen Bonne Faber en lijstaanvoerder Jan van Huizen. Bonne kwam, naar eigen smaak, een beetje moeilijk uit de opening en verloor daardoor een pion, zoals te zien op bijgaand diagram:

Dit herbergde al enigszins de contouren van het volgende gedeelte. Hierin nam Jan een belangrijke

beslissing door niet te rokeren maar zijn koning via veld d7 naar de damevleugel te sturen, hoewel het denkmonster daar andere gedachten over heeft. Dat vindt de korte rokade de beste zet. De overweging van Jan was dat er een stelling zou komen van ongelijke lopers en dat de nadruk dan op de witte velden zou komen te liggen. Dat klopte ook wel met het verdere verloop van de partij. Bonne speelde hier Dd4, terwijl Dg3 de betere zet zou zijn geweest. Nu kreeg hij ook door dat er sprake was van ongelijke lopers en hij daarvan zou kunnen profiteren. Toen echter kwam de volgende stelling, met wit aan zet:

Over zijn volgende zet dacht Bonne een dik kwartier na maar vond geen andere oplossing dan de partij opgeven, wat hij dan ook deed.

Hierna kwam dan nog het treffen tussen Albert Bijzitter en Albert Schaefer. Voor een aantal zal het wel duidelijk zijn welke Albert de sterkste speler is en na deze avond is dat ook weer een beetje duidelijker geworden want Albert Bijzitter liet zijn (voor)naamgenoot zo ongeveer alle hoeken van het veld zien en dat liep uit op grote druk op de damevleugel. Maar wat nog veel vervelender was voor Albert Schaefer was het feit, dat zijn koning en zijn dame zich beiden op de e-lijn bevonden en er een toren verscheen op e1. De dame werd nog wel geslagen (een vorm van moed der wanhoop van Schaefer) maar aan het verlies voor hem viel niets meer te doen.

Nu dan weer een nieuwe tussenstand.