Voor De Pionier gaat het er steeds wat meer op lijken dat een moeilijke periode achter de rug is (misschien analoog aan de economische crisis?!). Want voor een kleine vereniging is een regelmatige opkomst van meer dan 20 leden toch een verheugende vaststelling?
Wat dat betreft zou het verbeteren van de status van bijna elke speelavond een oneven aantal spelers ook een heel goede zaak zijn. Want ook deze ronde moest er iemand zonder spelen weer terug naar huis gaan. Dat trof ditmaal Frits van der Veeke.
Ook een verheugende vaststelling is, dat de eerste ronde van de interne bekercompetitie na deze avond op één partij na ook helemaal gespeeld is. Deze avond konden nog 3 van de 4 openstaande lotingen worden gespeeld.
Als eerste was daarbij Casper Verbeek aan de beurt voor zijn strijd tegen Jan van Huizen. Casper was een tijdlang met vakantie geweest en mocht dus nu zijn tanden in deze klus zetten. Maar dat verging hem niet van een leien dakje, in de eerste partij bijvoorbeeld kwam zijn koning op zeker moment heel vervelend vast te staan achter z'n c-pion, terwijl een toren en de dame van Jan van dichtbij stonden af te wachten hoe het karwei afgemaakt kon worden. Dat leverde dus geen enkel probleem op voor Jan, net als eigenlijk de tweede partij, hoewel hij toch 20 minuten minder bedenktijd ter beschikking had. Maar in de tweede ronde staat hem een moeilijker tegenstander te wachten.
Hetzelfde verhaal valt zo ongeveer te vertellen over het gevecht tussen Jan van Baardwijk en Ad van der Ree. Jan probeerde zijn stukken zo goed mogelijk neer te zetten, Ad wist daar echter toch enige mankementen in te ontdekken en won, ondanks heftig tegenstribbelen door Jan, beide partijen. Nu mag hij over enige tijd proberen Jan van Huizen uit te schakelen.
Maar de laatste partijen van deze avond voor de beker kenden een heel ander verloop. Tussen Wim Noordermeer en Frans Troost ontspon zich een toch wel verrassende strijd. Hoewel, als je dan de uitslag bekijkt dan zou je meer willen spreken van een vriendschappelijke ontmoeting, immers, beide partijen hadden een remise als resultaat. Maar beide keren werd er wel zo ongeveer tot het gaatje doorgegaan met beide keren zo goed als al het materiaal terug in het doosje voordat men elkaar de hand reikte! Snelschaken dus en ook hier kwam er, na twee partijen, een 1-1 stand tot stand. Nu dus snelschaken onder het motto "sudden death". En ook deze partij kende hetzelfde stramien als al zijn voorgangers deze avond, ook nu leek het op remise uit te gaan draaien. Maar tenslotte bleek Wim net iets meer tijd nodig te hebben om tot een resultaat te komen, hoewel de stelling redelijk duidelijk in zijn voordeel was. Maar de bedenktijd beslist toch de partij en dat was in het voordeel van Frans, die in de tweede ronde tegen diegene, die de laatste nog open staande indeling weet te winnen, mag aantreden.
Dan de interne partijen. Daarin werd Ernst-Jan Pluim Mentz gekoppeld aan Bonne Faber. Ernst-Jan had net een rustige jeugdbegeleiding achter de rug, wat misschien zijn spel enigszins verklaarde. Want zijn openingsspel riep toch wel enkele vragen op aangezien Bonne na zo'n 15 zetten een score van ruim -2 had volgens onze digitale vrienden. Toen echter leek de angst toe te slaan bij Bonne, hij ruilde een mooi op de witte koningsstelling gerichte loper af tegen een paard, dat de loperlijn blokkeerde, waardoor Ernst-Jan langzamerhand enkele open lijnen richting de zwarte koning ging krijgen. Zoiets moet je de Pionierkampioen niet voorschotelen en hij maakte dus verder korte metten met zijn tegenstander.
In zijn eerste seizoen bij de senioren wil Martijn van Dam proberen meteen een prijsje te pakken, wat voor hem in dit geval het kampioenschap van de derde groep zou betekenen. Een nadeel voor Martijn daarbij is toch wel, dat hij enkele goede resultaten haalde, zodoende vrij hoog (op een gegeven moment zelfs op plek 2!) op de kijst kwam te staan en hem sindsdien sterke tegenstanders wachten. Ook deze avond en dat bleek nu Jan van Dam (geen familie overigens) te zijn. Martijn raakte eigenlijk al vrij snel opgezadeld met een moeilijke positie op zijn damevleugel, waar Jan een pion op b2 had weten te installeren, gedekt door de dame op a2 en tegengehouden door een (gedekte, dat wel!?) toren. Daar wist Jan tenslotte wel garen mee te spinnen en Martijn moet nu op gaan passen dat hij zijn hiervoor geschetste ideaal mog wel kan verwezenlijken.
Een langdurige partij speelde Ben Blakmoor tegen Arie Bliek. Daarin leek Ben op zeker moment snel naar een overwinning af te kunnen stevenen, dan blijkt Arie echter op zijn sterkst en hij verdedigde zijn moeilijke positie dan ook met hart en ziel. Maar toch wist Ben tenslotte een niet meer te stoppen vrijpion over te houden en die pion bracht hem dan de volle winst.
Peter Derrez ging een moeilijke avond beleven tegen Leo Stelloo. Leo kwam op een gegeven moment gevaarlijk opzetten met dame, loper en paard op de witte koningsvleugel. Als antwoord haalde Peter daar ook zijn dame en nog een toren naar toe en het ging er op lijken, dat hij het gevaar (langs de randen van de afgrond, dat wel) af had weten te wenden. Inmiddels was Peter's dame via e8 naar e4 gegaan, waarvandaan zij schaak gaf en haar seksegenote aanviel. Na enig nadenken (kost allemaal tijd, Leo en daar heb je steeds zo weinig van, terwijl de zet toch zo logisch is!?) ruilde Leo de dames. Peter nam echter foutief terug, met z'n toren, waar hij met z'n paard terug had moeten nemen. Nu kostte dit hem dat paard, dat slechts gedekt stond door een gepende pion. Met nog enig gezucht en gesteun ("waarom moet mij zoiets nou weer overkomen?") van beide kanten werd de partij uiteindelijk beslist in Leo's voordeel.
Z'n tweede partij alweer speelde Dik Roeffel tegen Tim Albus. Dit werd een totale botsing van stijlen want Dik wil graag ruim de tijd nemen om z'n zetten te vinden, terwijl Tim zijn tegenstander graag vanaf het begin naar de keel vliegt, daarbij echter regelmatig zijn verdediging uit het oog verliest. Nu had hij eigenlijk nauwelijks verdediging nodig, zijn aanval liep als vanzelf, als een trein (nee, geen FYRA, dan was de aanval misschien wel ontspoord!?). Een snel punt derhalve voor Tim.
De beide damesleden, Trudy Angeneind en Sheila de Jonge, waren weer eens tegen elkaar ingedeeld. Daarbij leek Sheila vrij snel het betere van het spel te krijgen. Maar ze moest tegen Trudy toch wel tot het uiterste gaatje gaan om tenslotte toch het punt binnen te kunnen halen.
Frits Wilschut had Johan Müllenberg thuis opgehaald en mocht nu een partijtje tegen hem spelen. Daarbij maakte Johan helaas weer enkele fouten, die Frits ongenadig afstrafte. Toch gingen ze later weer als vrienden naar huis!
Hiermee is de volgende stand bereikt.
Z'n tweede partij alweer speelde Dik Roeffel tegen Tim Albus. Dit werd een totale botsing van stijlen want Dik wil graag ruim de tijd nemen om z'n zetten te vinden, terwijl Tim zijn tegenstander graag vanaf het begin naar de keel vliegt, daarbij echter regelmatig zijn verdediging uit het oog verliest. Nu had hij eigenlijk nauwelijks verdediging nodig, zijn aanval liep als vanzelf, als een trein (nee, geen FYRA, dan was de aanval misschien wel ontspoord!?). Een snel punt derhalve voor Tim.
De beide damesleden, Trudy Angeneind en Sheila de Jonge, waren weer eens tegen elkaar ingedeeld. Daarbij leek Sheila vrij snel het betere van het spel te krijgen. Maar ze moest tegen Trudy toch wel tot het uiterste gaatje gaan om tenslotte toch het punt binnen te kunnen halen.
Frits Wilschut had Johan Müllenberg thuis opgehaald en mocht nu een partijtje tegen hem spelen. Daarbij maakte Johan helaas weer enkele fouten, die Frits ongenadig afstrafte. Toch gingen ze later weer als vrienden naar huis!
Hiermee is de volgende stand bereikt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten