Een drukke externe avond, dus niet veel spelers voor de interne competitie. Dan ook nog concurrentie van het voetbal. Het tweede team speelde twee weken voor de andere wedstrijden in de ronde, wat wel een druk legde op het viertal, dat ook voor deze avond gepland stond. Toch kon dit probleem opgelost worden, ook al spelen twee spelers uit het viertal ook meestal in het tweede team. Een belangrijke wedstrijd overigens voor het tweede team wegens een dreigende degradatie.
Het team was ruim op tijd in de speelzaal, op één speler (een invaller) na, die overigens ook op tijd mee kon doen. Die invaller was nodig gezien het samenvallen van de speeldata voor twee Pionierteams. Op zich bleek het een gezellige ruimte waar gespeeld ging worden, hoewel het pijpenla-uiterlijk ervan wel afbreuk deed aan het geheel. Tel daarbij op de weinige ruimte, beschikbaar aan de tafels, dan kun je je het ingesloten gevoel, dat de spelers bekroop, goed voorstellen. Maar eigenlijk hadden de thuisspelers daar nog meer last van, zij zaten, bijna letterlijk, met de rug tegen de muur. Misschien was dat wel debet aan het eerste resultaat, dat al snel plaatsvond. Aan bord 4 kreeg Michiel Landman al rond negen uur een remiseaanbod, dat hij, gezien de stelling op het bord, ook aannam (½-½). De andere partijen gingen toch wel wat langer duren, hoewel het er aan enkele borden wel leuk uit ging zien voor het Pionierteam. Dat bleek als eerste bij Ivan Jansen, spelend aan bord 7. Daar wist hij een mooie pionnenstructuur te krijgen op de damevleugel, wat ressorteerde in een tweetal verbonden vrijpionnen. Dat wist Ivan te bereiken door de vijandelijke a-pion te slaan, die met een paard teruggenomen diende te worden om dreigende promotie te voorkomen. Nu had hij ook nog het promotieveld van de b-pion onder controle met zijn loper, die even later gegeven werd voor een belangrijk tempo. Om een lang verhaal kort te houden, er ontstond tenslotte een stelling van dame en pion voor Ivan tegen twee pionnen voor de tegenstander. Dat wist Ivan keurig naar winst te voeren (½-1½). Aan bord 6 kreeg Bonne Faber te maken met een zeer vriendelijke tegenstander, die al op zet 7 in een pionvork trapte. Dat kostte hem een paard tegen een pion, hoewel hij er wel de open d-lijn aan overhield. Maar nu merkte Bonne hoe moeilijk het kan zijn een dergelijke voorsprong over de streep te trekken want hij liet zijn dametoren door het eigen materiaal insluiten, wat hem tenslotte een kwaliteit kostte, samen met een achterstand qua positie. Nu werd het een beetje zaak voor hem om te proberen de stelling rijp te houden voor een remise. Maar, zoals al gezegd, het was een vriendelijke tegenstander, die wat later zijn tweede loper simpelweg in liet staan en daardoor weer de voorsprong voor Bonne op het bord bracht. Het werd nu een stelling van toren en zes pionnen voor de Hoeksche Waarder tegen twee paarden, een loper en vier pionnen voor Bonne. Een te winnen positie derhalve, vooral omdat Bonne ook nog eens een kwaliteit dreigde te winnen. Maar dat werd niet meer afgewacht, de partij werd van te voren opgegeven (½-2½). Nu werd het de beurt aan Leo Stelloo aan bord 3 om te scoren. Het was hem tenslotte gelukt zijn h-pion naar de zevende rij te spelen, waar deze door een toren werd afgestopt en ook door een toren verdedigd langs de zevende rij. Dit waren de aan beide kanten nog overgebleven stukken, terwijl Leo verder nog twee pionnen had en zijn tegenstander ook nog twee, waarvan Leo er nog eentje kon slaan. Maar het aloude probleem van Leo stak weer eens de kop op, hij zat ontzettend krap in zijn bedenktijd. Aangezien Leo geen tijdnoodspecialist is bood hij nu - in redelijk gewonnen positie - remise aan en dat aanbod werd - uiteraard - met graagte aangenomen (1-3).
Nu kwam teamleider Sheila de Jonge aan bord 8 in beeld. Ze speelde een moeilijke partij en hier hielp haar tegenstander ook mee om het uiteindelijke resultaat te bereiken. Er was een gelijkwaardige stelling ontstaan met nog slechts pionnen op het bord. Daarin maakte de tegenstander de fout om met een pion te slaan i.p.v. die pion door te spelen. Zo kreeg Sheila een vrij veld voor een pion, gesteund door haar koning. Dat bleek voldoende voor de winst (1-4). Maurits Leentvaar was nu aan de beurt aan bord 5. Hij kreeg een positie waarin de lopers een belangrijke rol gingen spelen. Een belangrijke pion voor hem stond geïsoleerd op e4 en die pion had de nodige steun nodig. Dat lukte allemaal en hij kreeg een aanval op de vijandelijke koning. Die liep naar een moeilijke positie, waarbij hem slechts één veld om naar toe te gaan overbleef. Maurits kon een toren naar e8 spelen, waardoor hij een sterke positie zou krijgen. Dat had zijn tegenstander kunnen verhinderen door een loper te plaatsen op de diagonaal a4-e8 maar hij liet dat na, zodat Maurits de open e-lijn ging bezetten waardoor de witte koning afgesneden raakte van zijn manschappen. Er werden nog een aantal zetten gespeeld, Maurits kon echter een aanval doorzetten op de koningsvleugel en wist zijn tegenstander daarmee voldoende reden te geven om op te geven (1-5). De wedstrijdwinst was nu binnen en er werden zowaar enkele vreugdedansjes uitgevoerd door een paar Pioniers! Maar de koek was zelfs nog niet op want invaller Reinier van der Wende kreeg aan bord 2 een fraaie aanval. Daar wist zijn tegenstander geen raad mee en hij gaf de partij - misschien wel wat te snel - op (1-6). Nu was alleen nog Thomas Ammerlaan bezig aan bord 1, waar hij een ingewikkelde stelling moest spelen. Maar toen hij door kreeg wat de stand was bood hij meteen remise en dat aanbod werd - er zat ook voor zijn tegenstander niets meer in - geaccepteerd zodat de eindstand een ietwat geflatteerde 1½-6½ werd, zoals te zien op het wedstrijdformulier.Intussen was ook op het thuisfront een externe wedstrijd gespeeld tussen viertallen van De Pionier en PASCAL: De Pionier V1-PASCAL V1. Hierbij was Martijn van Dam wedstrijdleider en hij bleek zo vriendelijk enig commentaar te schrijven, ook van de interne partijen. Daar valt dan nog wel iets van te maken! Zijn verhaal is op bordvolgorde en zo beginnen we bij teamleider Kees Breen, nu voor de gelegenheid spelend aan bord 1. Vanuit de opening ontstaat hier een soort van afruil, waarbij Kees, in de chaos daar van, een pion verliest. Hij krijgt daarna druk op zijn koningsstelling, die gigantisch aan het worden is. Zodoende verliest hij zijn dame, in ruil voor een toren. Daarna probeert hij er nog wel iets van te maken, dat is echter vechten tegen de bierkaai en zo verliest Kees (0-1). Aan bord 2 vinden we Wim Noordermeer, die een goede partij speelt. Hij weet tenslotte door te breken op de damevleugel en daar goede sier te maken tegen de lange rochade. Maar ergens tijdens deze escapade is het toch niet goed gegaan en verliest Wim zelfs (0-2). Bord 3 is voor Wilco Baartmans, die misschien liever met het tweede team mee zou zijn gegaan. In deze partij verliest hij een pion maar weet deze later weer terug te winnen. Later echter verliest hij opnieuw een pion en tenslotte ook het pionneneindspel (0-3). Zou het dan helemaal verkeerd gaan? Alleen Franka de Jong heeft nog een kans om er aan bord 4 iets van te maken. Na enige afruil verliest ook zij een - weliswaar zwakke - pion maar weet tenslotte toch nog een beetje de eer te redden met een remise.Ook hier wordt besloten met een wedstrijdformulier:Dan tenslotte een poging wat te maken van wat Martijn nog schreef over de gespeelde partijen in de interne competitie. Daar was als eerste het gevecht tussen de lijstaanvoerder Jan van Huizen en zijn eerste achtervolger Jan van Dam. Vaak worden dit bijzonder spannende partijen waarbij beiden elkaar goed in bedwang weten te houden. Nu echter wint jeugdleider Jan een stuk en zet daarna een aanval op Jan van Dam's koning op. Die aanval slaagt prima voor Jan van Huizen met tenslotte partijwinst tot gevolg. Als tweede partij komt die tussen Rik Verheij en Jan van Baardwijk aan de beurt. Rik weet hier een complexe stelling op te bouwen, die enigszins aanvallender is dan die van Jan. Hierdoor weet hij een pion te winnen zodat hij de druk steeds meer op kan bouwen. Dat levert hem een tweede pion op, dan een derde pion en tenslotte de partij. Jacques Kokshoorn krijgt opnieuw te maken met het jeugdtempo, nu tegen Tim van Huizen. Na een blunder van Jacques (te snel gespeeld?) verliest hij twee stukken, wat voldoende is voor Tim om de overwinning binnen te halen. Dan weer een partij met het jeugdtempo, nu tussen Ad van der Ree en Baris Kinis. Hierbij weet Ad een toren te winnen door een dubbele aanval en breidt hierna zijn voorsprong netjes uit naar partijwinst. Als laatste partij dan de naar het in eerste instantie zich aan laat zien ongelijke strijd tussen Johan Seinen en Frits Wilschut. Maar we hebben wel meer kunnen zien, dat Frits nog best weet waar Abraham de (schaak)mosterd haalt. Waarschijnlijk speelde Johan te snel zodat Frits in eerste instantie een pion weet te winnen. Hierdoor krijgt hij nieuwe moed en weet ook nog een stuk te winnen met schaak. Dat blijkt zelfs voldoende voor de meest verrassende uitslag van de avond: Frits wint uiteindelijk de partij.
Al deze partijen leveren weer een nieuwe tussenstand op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten