Met drie supporters en een tactische opstelling vertrok het Pionierteam naar de op het oog belangrijkste wedstrijd van het bijna afgelopen seizoen in klasse 2A. Maar zou teamleider Jan van Dam niet achteraf spijt krijgen van zijn tactiek?
Toch een puntje van kritiek richting de tegenstanders. Op hun website is alleen maar hun adres te vinden en uiteraard klopt dat wel. Maar de meeste bebouwing is aan de andere kant van de weg te vinden en men moet toch nog behoorlijk zoeken wil men de juiste plek vinden. Een beter overzicht zou e.e.a. toch makkelijker maken voor de bezoekers!
Alles begon goed in de wedstrijd in evenwicht, toch waren hier en daar enige scheurtjes te constateren. Dat eerste scheurtje ontstond voor het Pionierteam aan bord 1, waar Ad van der Ree moest proberen de tactiek van zijn teamleider goede vorm te geven. Maar Ad werd enigszins overspeeld en kon geen vuist maken in een opening, die hij normaliter graag speelt. Zijn tegenstander kreeg in het middenspel het heft in handen en het ging er voor Ad steeds beroerder uitzien. Hij kreeg een batterij van loper en dame op zijn stelling gericht en kon dat slechts tegengaan door het plaatsen van zijn dame op een plek, waar Ad mevrouw eigenlijk liever niet had te staan. Ad wist het nog wel even te blokkeren door het opspelen van zijn e-pion, daar kon zijn tegenstander echter redelijk makkelijk doorheen prikken. Even later bood hij dameruil, die, nadat Ad het had aangenomen, hem pion- of stukwinst opleverden. Ad toonde zich hierna zo sportief de partij niet tot het bittere einde door te gaan spelen maar op te geven toen hij in principe verloren stond.
Hierna wist ook de tweede tactische zet niet iets positiefs voor De Pionier te brengen. Daar werd Alex van Wieringen - normaal aan het laagste bord spelend - geposteerd aan bord 2. Hij kreeg daar te maken met de speler met de hoogste rating bij de tegenstander. Alex kwam eigenlijk ook de hele partij onder druk te staan en niet alleen tijdsdruk. Maar dat was wel een teken, dat Alex zijn uiterste best deed! Maar er kwam een moment, dat Alex dacht een pion te kunnen winnen en mede daarom zijn g-pion opspeelde. Dat had hij beter niet kunnen doen, nu kreeg de tegenstander de kans zijn pion op de f-lijn op te spelen naar f6 en daarmee Alex de gedachte gevend voor die pionwinst. Maar het pakte dus anders uit, de g-lijn kwam open met daarop koning en dame van Alex en de tegenstander met de kans tot Tg1. Hierop gaf Alex op.
Met deze beide verliezen aan de eerste borden viel het tactische plannetje al meteen een beetje in duigen, hoewel de lagere borden wel punten gingen sprokkelen. Als eerste score was daar dan Jaap Santifort aan bord 7. Hier luidde het foutief opspelen van de f-pion het verlies in voor de zwartspeler. Hierdoor kreeg Jaap de gelegenheid een paard naar e6 te spelen en daarmee een toren aan te vallen, gecombineerd met de aanval op de ongedekt staande loper op h6. De speler van Maassluis koos hier eieren voor zijn geld en gaf de kwaliteit. Daarmee werd ook meteen zijn dame aangevallen, wat hem dus eigenlijk de kwaliteit kostte. Nu ging de aanval van Jaap verder door het centrum, waar hij, door aanval op de dame, enkele tempi won en even later ook de partij omdat zijn tegenstander nog een loper ging verliezen, die geen velden meer had.
Even ging het er toen op lijken dat het Pionierteam onder stoom ging raken, aan bord 8 kreeg Rik Verheij een veelbelovend uitziende aanval over de koningsvleugel. Daarbij had zijn tegenstander een pion kunnen winnen, hij zag net op tijd dat dit zijn dame zou kosten. Die aanval langs de h-lijn liep nu een beetje dood maar Rik was niet voor één gat te vangen en schakelde over naar de andere vleugel. Daar had hij een paard kunnen offeren voor enkele pionnen en kans op stukwinst, Rik vertrouwde die aanval niet en deed dus een andere zet. Die bleek ook voldoende voor de winst, die Rik even later binnenhaalde.
Hiermee was de tussenstand weer gelijkgetrokken. Aan bord 5 speelde Jan van Huizen nu en hij wist flink druk te zetten langs de e- en de f-lijn. Daar kwam voor hem een pionwinst uit, alhoewel de stelling, die overbleef nadat alle stukken waren geruild, er - wegens de mogelijkheid van het al dan niet overhouden van een tempo - enigszins remiseachtig uitzag. Echter niet voor Jan want er werden eerst enkele pionnen op de damevleugel geruild en hierna forceerde hij een vrijpion op de h-lijn, die door zijn koning werd ondersteund en doodgemoedereerd op kon marcheren naar het ultieme doel van elke pion: dame worden. Dit bracht een 2-3 voorsprong voor het Pionierteam.
Maar helaas, die voorsprong zou niet heel lang duren, vanaf nu liep het tactische idee helemaal in het honderd! Want de nu nog overblijvende spelers zouden dat dan eigenlijk waar moeten maken in de gedachtengang van de teamleider. Hij had daarbij geen rekening gehouden (kon dat natuurlijk ook niet) met wat op zich een off-day van clubkampioen Ernstjan Pluim Mentz aan bord 4 leek. Uiteraard wil er daarom geen afbreuk worden gedaan aan de prestatie van zijn tegenstander, immers dat is het, als je van iemand met een rating van ruim boven 2000 Elo-punten weet te winnen terwijl deze zijn vijf voorgaande partijen wist te winnen. Ernstjan speelde zo op het oog zijn gebruikelijke spel waarbij hij veel meer leek te kijken naar het nut van een zet dan naar de veiligheid van zijn materiaal. Daardoor kwam zijn koning, na de door hem gespeelde lange rochade (die lang werd uitgesteld) toch wel onveilig op b8 te staan zonder de daarvoor gebruikelijke pionnenbescherming. Daar wist zijn tegenstander keurig gebruik van te maken en won daardoor een stuk. Het alternatief voor Ernstjan zou dameverlies zijn. Maar ook dit was voor Ernstjan meer dan voldoende om op te geven.
Dat moest ook de initiatiefnemer van de tactische opstelling, teamleider Jan van Dam, spelend aan bord 6, doen. De hele partij lang wisten beide spelers elkaar goed in evenwicht te houden maar in de tijdnoodfase, toen de zenuwen beide spelers waarschijnlijk door de keel gierden, produceerde Jan een foute zet waardoor hij een kwaliteit verloor. Dan moet je daar als tegenstander nog wel mee om weten te gaan in die wederzijdse tijdnood, de speler van Maassluis kweet zich echter uitstekend van die taak en gaf, toen zijn h-pion niet meer af te stoppen bleek, die gewonnen kwaliteit weer terug zodat Jan niets meer overhield om nog iets te kunnen betekenen. Opgave derhalve.
Nu was de tussenstand dus 4-3 geworden en mòest aan bord 3, door Ricardo Klepke, gewonnen worden om tenminste nog een wedstrijdpunt aan de avond over te houden. In eerste instantie leek Ricardo daar ook weinig moeite mee te hebben. Halverwege de avond dreigde hij al damewinst, zijn tegenstander was echter ook niet van gisteren en wist dit gevaar in de kiem te smoren. Lang leek winst voor Ricardo dicht in de buurt, hij wist bijvoorbeeld een stuk te winnen voor twee pionnen. Dan verwacht je eigenlijk toch wel een beetje een winstvoering voor een speler met zijn rating en ervaring. Maar er ontstond tenslotte een stelling met ongelijke lopers waarin het extra paard van Ricardo geen velden meer had en bleef er hem niets anders over dan dat paard weer te geven voor twee pionnen met remise voor hem en verlies voor zijn team als gevolg.
Het wedstrijdformulier zag er toen zo uit:
Als je dit dan zo bekijkt, dan heeft een aantal Maassluis-spelers echt boven hun niveau gespeeld. Als je naar hun vorige wedstrijd, tegen CSV, kijkt dan krijg je eigenlijk een heel ander beeld! Toch gaan desalniettemin de felicitaties naar hen.
Toch een puntje van kritiek richting de tegenstanders. Op hun website is alleen maar hun adres te vinden en uiteraard klopt dat wel. Maar de meeste bebouwing is aan de andere kant van de weg te vinden en men moet toch nog behoorlijk zoeken wil men de juiste plek vinden. Een beter overzicht zou e.e.a. toch makkelijker maken voor de bezoekers!
Alles begon goed in de wedstrijd in evenwicht, toch waren hier en daar enige scheurtjes te constateren. Dat eerste scheurtje ontstond voor het Pionierteam aan bord 1, waar Ad van der Ree moest proberen de tactiek van zijn teamleider goede vorm te geven. Maar Ad werd enigszins overspeeld en kon geen vuist maken in een opening, die hij normaliter graag speelt. Zijn tegenstander kreeg in het middenspel het heft in handen en het ging er voor Ad steeds beroerder uitzien. Hij kreeg een batterij van loper en dame op zijn stelling gericht en kon dat slechts tegengaan door het plaatsen van zijn dame op een plek, waar Ad mevrouw eigenlijk liever niet had te staan. Ad wist het nog wel even te blokkeren door het opspelen van zijn e-pion, daar kon zijn tegenstander echter redelijk makkelijk doorheen prikken. Even later bood hij dameruil, die, nadat Ad het had aangenomen, hem pion- of stukwinst opleverden. Ad toonde zich hierna zo sportief de partij niet tot het bittere einde door te gaan spelen maar op te geven toen hij in principe verloren stond.
Hierna wist ook de tweede tactische zet niet iets positiefs voor De Pionier te brengen. Daar werd Alex van Wieringen - normaal aan het laagste bord spelend - geposteerd aan bord 2. Hij kreeg daar te maken met de speler met de hoogste rating bij de tegenstander. Alex kwam eigenlijk ook de hele partij onder druk te staan en niet alleen tijdsdruk. Maar dat was wel een teken, dat Alex zijn uiterste best deed! Maar er kwam een moment, dat Alex dacht een pion te kunnen winnen en mede daarom zijn g-pion opspeelde. Dat had hij beter niet kunnen doen, nu kreeg de tegenstander de kans zijn pion op de f-lijn op te spelen naar f6 en daarmee Alex de gedachte gevend voor die pionwinst. Maar het pakte dus anders uit, de g-lijn kwam open met daarop koning en dame van Alex en de tegenstander met de kans tot Tg1. Hierop gaf Alex op.
Met deze beide verliezen aan de eerste borden viel het tactische plannetje al meteen een beetje in duigen, hoewel de lagere borden wel punten gingen sprokkelen. Als eerste score was daar dan Jaap Santifort aan bord 7. Hier luidde het foutief opspelen van de f-pion het verlies in voor de zwartspeler. Hierdoor kreeg Jaap de gelegenheid een paard naar e6 te spelen en daarmee een toren aan te vallen, gecombineerd met de aanval op de ongedekt staande loper op h6. De speler van Maassluis koos hier eieren voor zijn geld en gaf de kwaliteit. Daarmee werd ook meteen zijn dame aangevallen, wat hem dus eigenlijk de kwaliteit kostte. Nu ging de aanval van Jaap verder door het centrum, waar hij, door aanval op de dame, enkele tempi won en even later ook de partij omdat zijn tegenstander nog een loper ging verliezen, die geen velden meer had.
Even ging het er toen op lijken dat het Pionierteam onder stoom ging raken, aan bord 8 kreeg Rik Verheij een veelbelovend uitziende aanval over de koningsvleugel. Daarbij had zijn tegenstander een pion kunnen winnen, hij zag net op tijd dat dit zijn dame zou kosten. Die aanval langs de h-lijn liep nu een beetje dood maar Rik was niet voor één gat te vangen en schakelde over naar de andere vleugel. Daar had hij een paard kunnen offeren voor enkele pionnen en kans op stukwinst, Rik vertrouwde die aanval niet en deed dus een andere zet. Die bleek ook voldoende voor de winst, die Rik even later binnenhaalde.
Hiermee was de tussenstand weer gelijkgetrokken. Aan bord 5 speelde Jan van Huizen nu en hij wist flink druk te zetten langs de e- en de f-lijn. Daar kwam voor hem een pionwinst uit, alhoewel de stelling, die overbleef nadat alle stukken waren geruild, er - wegens de mogelijkheid van het al dan niet overhouden van een tempo - enigszins remiseachtig uitzag. Echter niet voor Jan want er werden eerst enkele pionnen op de damevleugel geruild en hierna forceerde hij een vrijpion op de h-lijn, die door zijn koning werd ondersteund en doodgemoedereerd op kon marcheren naar het ultieme doel van elke pion: dame worden. Dit bracht een 2-3 voorsprong voor het Pionierteam.
Maar helaas, die voorsprong zou niet heel lang duren, vanaf nu liep het tactische idee helemaal in het honderd! Want de nu nog overblijvende spelers zouden dat dan eigenlijk waar moeten maken in de gedachtengang van de teamleider. Hij had daarbij geen rekening gehouden (kon dat natuurlijk ook niet) met wat op zich een off-day van clubkampioen Ernstjan Pluim Mentz aan bord 4 leek. Uiteraard wil er daarom geen afbreuk worden gedaan aan de prestatie van zijn tegenstander, immers dat is het, als je van iemand met een rating van ruim boven 2000 Elo-punten weet te winnen terwijl deze zijn vijf voorgaande partijen wist te winnen. Ernstjan speelde zo op het oog zijn gebruikelijke spel waarbij hij veel meer leek te kijken naar het nut van een zet dan naar de veiligheid van zijn materiaal. Daardoor kwam zijn koning, na de door hem gespeelde lange rochade (die lang werd uitgesteld) toch wel onveilig op b8 te staan zonder de daarvoor gebruikelijke pionnenbescherming. Daar wist zijn tegenstander keurig gebruik van te maken en won daardoor een stuk. Het alternatief voor Ernstjan zou dameverlies zijn. Maar ook dit was voor Ernstjan meer dan voldoende om op te geven.
Dat moest ook de initiatiefnemer van de tactische opstelling, teamleider Jan van Dam, spelend aan bord 6, doen. De hele partij lang wisten beide spelers elkaar goed in evenwicht te houden maar in de tijdnoodfase, toen de zenuwen beide spelers waarschijnlijk door de keel gierden, produceerde Jan een foute zet waardoor hij een kwaliteit verloor. Dan moet je daar als tegenstander nog wel mee om weten te gaan in die wederzijdse tijdnood, de speler van Maassluis kweet zich echter uitstekend van die taak en gaf, toen zijn h-pion niet meer af te stoppen bleek, die gewonnen kwaliteit weer terug zodat Jan niets meer overhield om nog iets te kunnen betekenen. Opgave derhalve.
Nu was de tussenstand dus 4-3 geworden en mòest aan bord 3, door Ricardo Klepke, gewonnen worden om tenminste nog een wedstrijdpunt aan de avond over te houden. In eerste instantie leek Ricardo daar ook weinig moeite mee te hebben. Halverwege de avond dreigde hij al damewinst, zijn tegenstander was echter ook niet van gisteren en wist dit gevaar in de kiem te smoren. Lang leek winst voor Ricardo dicht in de buurt, hij wist bijvoorbeeld een stuk te winnen voor twee pionnen. Dan verwacht je eigenlijk toch wel een beetje een winstvoering voor een speler met zijn rating en ervaring. Maar er ontstond tenslotte een stelling met ongelijke lopers waarin het extra paard van Ricardo geen velden meer had en bleef er hem niets anders over dan dat paard weer te geven voor twee pionnen met remise voor hem en verlies voor zijn team als gevolg.
Het wedstrijdformulier zag er toen zo uit:
Maassluis 1 | 1746 | - | De Pionier 1 | 1847 | 4½-3½ | |
1 | Marcel Bergen | 1872 | - | Ad van der Ree | 1799 | 1-0 |
2 | Martin van der Hidde | 1933 | - | Alex van Wieringen | 1677 | 1-0 |
3 | Jos Kruidenier | 1888 | - | Ricardo Klepke | 2225 | ½-½ |
4 | Michael Kroes | 1815 | - | Ernstjan Pluim Mentz | 2125 | 1-0 |
5 | Dirk Brijs | 1703 | - | Jan van Huizen | 1746 | 0-1 |
6 | Gert Dijkstra | 1767 | - | Jan van Dam | 1754 | 1-0 |
7 | Peter Swart | 1686 | - | Jaap Santifort | 1713 | 0-1 |
8 | Jean-Paul Schriks | 1303 | - | Rik Verheij | 1736 | 0-1 |
1 opmerking:
Een mooi en goed uitgewerkt verslag!
Hartelijk dank hiervoor.
Groet en succes in de laatste ronde,
Peter Swart (SV Maassluis)
Een reactie posten