Voor het Pionierteam stond er eigenlijk niets meer op het spel, voor de Rotterdammers eigenlijk des te meer. Maar dat zou dan wel in grote cijfers uitgedrukt moeten worden, anders ging CSV 2 hoogstwaarschijnlijk met de bloemen lopen. Ook intern werden de nodige boontjes met elkaar gedopt.
Om kampioen te worden moest Onésimus eigenlijk wel winnen. Maar waarschijnlijk hadden ze er zelf niet al te veel vertrouwen in, zo leek het althans.
Toch kwamen ze, eigenlijk veel te snel naar Pioniersmaak, op voorsprong. Want Fred van Wieringen aan bord 7, verslikte zich op een gegeven moment grandioos in zijn stelling. Eerder in de partij had hij een kwaliteit gewonnen en daardoor stond hij eigenlijk ook gewonnen. Maar om dit te bereiken had hem wel veel bedenktijd gekost. Waarschijnlijk daardoor plaatste hij zijn koning achter zijn h-pion (was op zich niet zo erg maar dan moet je even later je toren niet op h8 naast die koning plaatsen!) en overzag daarna dat zijn tegenstander eerst z'n éne paard naar f5 bracht en toen dreigde zijn andere paard naar f7 te spelen. Op dat moment had er bij Fred een lichtje moeten gaan branden, dat gebeurde echter niet, hij speelde zijn paard naar een aanvallender positie. Schrikken dus toen dat tweede witte paard naar f7 sprong! Een soort van helpmat dus.Hierna wist Jan van Huizen een halfje aan de score toe te voegen door remise te spelen aan bord 2. Ook Jan had veel bedenktijd moeten gebruiken om een positie te bereiken waarin remise gerechtvaardigd kon worden.
Weer ging het slechter met de Pioniers, teamleider Jan van Dam had aan bord 3 blijkbaar op zeker moment een verkeerde keuze gemaakt, hij stond dan ook behoorlijk materiaal achter en gaf dan ook enige tijd daarna op. Zijn linkerbuurman, deze avond achter de borden althans, Jaap Santifort had aan bord 4 een leuke stelling weten op te bouwen. Op een gegeven moment bleek hij zelfs winstkansen te hebben! Hij rukte op met koning en een vrijpion maar durfde niet verder te gaan dan de zesde rij. Had hij dat maar wel gedaan, dan had er meer in gezeten dan de remise, die hij nu, middels eeuwig schaak, wist af te dwingen.
Nu, met een 1-3 tussenstand, leken de andere Pioniers plotseling wakker te schieten, terwijl de tegenstanders zich toch een beetje in slaap leken te laten sussen!
Kijk bijvoorbeeld maar eens naar bord 5, waar Rik Verheij de Pionierscepter zwaaide. Rik had zich langzamerhand in een enigszins zorgwekkende positie gemanoeuvreerd en zijn toeschouwers vreesden het ergste. Dan hadden ze echter buiten Rik (en zijn tegenstander?!) gerekend want een poosje later kwam Rik glunderend achter zijn bord vandaan met het punt "in the pocket"! Daar wilde dan Ad van der Ree aan bord 6 niet bij achter blijven. Ook hij speelde een moeilijke partij, vooral zijn dameloper kreeg hij maar moeilijk in het spel. Toen dat echter tot volle tevredenheid was gelukt ontwikkelden zich kansjes voor Ad. Eén daarvan greep hij met beide handen aan en dat bleek later een hele goede keus te zijn geweest, het leverde ook hem de volle winst, waardoor de tussenstand gelijk werd getrokken tot 3-3.
Zou er nog een winnaar komen deze avond of zou er een - op papier zo lijkende - vredelievende 4-4 op het wedstrijdformulier komen?
Winst voor De Pionier 1 zou er niet komen want Reinier van der Wende, spelend aan bord 8, kon het tenslotte niet bolwerken. Hij peinsde zich suf om uit zijn malaise te komen maar helaas, deze tegenstander ging niet meewerken en zo werd het inmiddels 3-4. Nu kwam het eindresultaat dus neer op de schouders van de spelers aan bord 1, voor De Pionier 1 was dat Ernst-Jan Pluim Mentz. In de top-10 lijst van klasse 2B stond hij op eenzame hoogte met een honderd procent score (daarbij één gratis punt), nu moest hij dat dus bewijzen tegen één van zijn concurrenten. In de wandelgangen na afloop viel hierover te horen, dat dit één van zijn moeilijkste partijen van het seizoen was geweest en dat hij hierbij het dichtst bij een nederlaag was geweest. Maar Ernst-Jan zou Ernst-Jan niet zijn als hij daar geen positief tintje aan had weten te geven, hij wist tenslotte dan ook te winnen, waardoor het wedstrijdformulier er tenslotte als volgt uitzag:
Dan nu verder met de interne competitie van de resterende Pioniers. Ook daar viel wel het nodige Sinterklaaswerk te zien. Niet zozeer bij Peter Derrez tegen Michiel Landman want beiden deden hun uiterste best om er een leuke pot van te maken. Maar Michiel lijkt de laatste tijd goed in vorm te zijn en ook Peter wist naar niet doorheen te breken. Winst dus opnieuw voor Michiel.
Dat genoemde werk viel echter wel te zien in de partij tussen Leo Stelloo en Ben Blakmoor. Ook nu weer gebruikte Leo erg veel bedenktijd, wat niet mee bleek te werken om een gezonde stelling op te bouwen. Dat werd aan Ben overgelaten en op een gegeven moment was de stelling rijp om een punt voor hem te oogsten. Maar Ben verviel weer in een oude fout, hij wilde de zaak te mooi afmaken en moest plotseling tot zijn spijt constateren dat Leo daardoor fraai tegenspel had weten te ontwikkelen, waar voor Ben geen kruid meer tegen gewassen bleek.
Het werd een heel moeilijke partij tussen Jan van Baardwijk en Bonne Faber, waarbij op een gegeven moment de remisemarge niet meer te overschrijden leek te zijn. Maar daar was Jan het niet mee eens, hij probeerde een paardoffer op b7, wat Bonne een paard tegen 2 pionnen opleverde. Het had voor Jan misschien nog goed kunnen komen als hij even later een stuk had geslagen maar hij koos er voor eerst zijn koning wat lucht te geven en daardoor kon Bonne de materiaalstand in zijn voordeel vergroten tot op een gegeven moment een toren tegen een pion. Jan probeerde nog wat in troebel water te vissen maar liet op zeker moment pion f2 in de steek met zijn dame, waar die pion twee keer stond aangevallen. Mat volgde snel.
Wim Albus speelde tot op zekere hoogte een goede partij tegen Arie Bliek. Hij leek daarbij helemaal op het juiste spoor, echter - zo leek het althans - vergetend tegen wie hij speelde. Wim wist het nu niet meer af te maken en Arie nam de regie over, wat hem tenslotte het volle punt opleverde.
Dan was er tenslotte nog een goede avond voor Casper Verbeek en een slechte voor Frits Wilschut. Maar eigenlijk was Casper wel weer eens toe aan een overwinning, hoewel hij daar wel diep voor moest gaan. Frits verdedigde zich namelijk stug en het kostte Casper de nodige moeite daar doorheen te breken. Toch lukte dat tenslotte, met dus een mooie winst voor Casper.
Er is dus weer een nieuwe tussenstand.
Toch kwamen ze, eigenlijk veel te snel naar Pioniersmaak, op voorsprong. Want Fred van Wieringen aan bord 7, verslikte zich op een gegeven moment grandioos in zijn stelling. Eerder in de partij had hij een kwaliteit gewonnen en daardoor stond hij eigenlijk ook gewonnen. Maar om dit te bereiken had hem wel veel bedenktijd gekost. Waarschijnlijk daardoor plaatste hij zijn koning achter zijn h-pion (was op zich niet zo erg maar dan moet je even later je toren niet op h8 naast die koning plaatsen!) en overzag daarna dat zijn tegenstander eerst z'n éne paard naar f5 bracht en toen dreigde zijn andere paard naar f7 te spelen. Op dat moment had er bij Fred een lichtje moeten gaan branden, dat gebeurde echter niet, hij speelde zijn paard naar een aanvallender positie. Schrikken dus toen dat tweede witte paard naar f7 sprong! Een soort van helpmat dus.Hierna wist Jan van Huizen een halfje aan de score toe te voegen door remise te spelen aan bord 2. Ook Jan had veel bedenktijd moeten gebruiken om een positie te bereiken waarin remise gerechtvaardigd kon worden.
Weer ging het slechter met de Pioniers, teamleider Jan van Dam had aan bord 3 blijkbaar op zeker moment een verkeerde keuze gemaakt, hij stond dan ook behoorlijk materiaal achter en gaf dan ook enige tijd daarna op. Zijn linkerbuurman, deze avond achter de borden althans, Jaap Santifort had aan bord 4 een leuke stelling weten op te bouwen. Op een gegeven moment bleek hij zelfs winstkansen te hebben! Hij rukte op met koning en een vrijpion maar durfde niet verder te gaan dan de zesde rij. Had hij dat maar wel gedaan, dan had er meer in gezeten dan de remise, die hij nu, middels eeuwig schaak, wist af te dwingen.
Nu, met een 1-3 tussenstand, leken de andere Pioniers plotseling wakker te schieten, terwijl de tegenstanders zich toch een beetje in slaap leken te laten sussen!
Kijk bijvoorbeeld maar eens naar bord 5, waar Rik Verheij de Pionierscepter zwaaide. Rik had zich langzamerhand in een enigszins zorgwekkende positie gemanoeuvreerd en zijn toeschouwers vreesden het ergste. Dan hadden ze echter buiten Rik (en zijn tegenstander?!) gerekend want een poosje later kwam Rik glunderend achter zijn bord vandaan met het punt "in the pocket"! Daar wilde dan Ad van der Ree aan bord 6 niet bij achter blijven. Ook hij speelde een moeilijke partij, vooral zijn dameloper kreeg hij maar moeilijk in het spel. Toen dat echter tot volle tevredenheid was gelukt ontwikkelden zich kansjes voor Ad. Eén daarvan greep hij met beide handen aan en dat bleek later een hele goede keus te zijn geweest, het leverde ook hem de volle winst, waardoor de tussenstand gelijk werd getrokken tot 3-3.
Zou er nog een winnaar komen deze avond of zou er een - op papier zo lijkende - vredelievende 4-4 op het wedstrijdformulier komen?
Winst voor De Pionier 1 zou er niet komen want Reinier van der Wende, spelend aan bord 8, kon het tenslotte niet bolwerken. Hij peinsde zich suf om uit zijn malaise te komen maar helaas, deze tegenstander ging niet meewerken en zo werd het inmiddels 3-4. Nu kwam het eindresultaat dus neer op de schouders van de spelers aan bord 1, voor De Pionier 1 was dat Ernst-Jan Pluim Mentz. In de top-10 lijst van klasse 2B stond hij op eenzame hoogte met een honderd procent score (daarbij één gratis punt), nu moest hij dat dus bewijzen tegen één van zijn concurrenten. In de wandelgangen na afloop viel hierover te horen, dat dit één van zijn moeilijkste partijen van het seizoen was geweest en dat hij hierbij het dichtst bij een nederlaag was geweest. Maar Ernst-Jan zou Ernst-Jan niet zijn als hij daar geen positief tintje aan had weten te geven, hij wist tenslotte dan ook te winnen, waardoor het wedstrijdformulier er tenslotte als volgt uitzag:
De Pionier 1 | 1801 | - | Onésimus 1 | 1780 | 4-4 | |
1 | Ernst-Jan Pluim Mentz | 2086 | - | Anton Moolenaar | 1874 | 1-0 |
2 | Jan van Huizen | 1777 | - | Clement van Eijsden | 1821 | ½-½ |
3 | Jan van Dam | 1820 | - | Jan de Korte | 1817 | 0-1 |
4 | Jaap Santifort | 1744 | - | Andre Leffers | 1736 | ½-½ |
5 | Rik Verheij | 1732 | - | Marcel Tillemans | 1745 | 1-0 |
6 | Ad van der Ree | 1798 | - | Martin Rensen | 1769 | 1-0 |
7 | Fred van Wieringen | 1706 | - | Harm de Oude | 1745 | 0-1 |
8 | Reinier van der Wende | 1744 | - | Henk Henderson | 1734 | 0-1 |
Dat genoemde werk viel echter wel te zien in de partij tussen Leo Stelloo en Ben Blakmoor. Ook nu weer gebruikte Leo erg veel bedenktijd, wat niet mee bleek te werken om een gezonde stelling op te bouwen. Dat werd aan Ben overgelaten en op een gegeven moment was de stelling rijp om een punt voor hem te oogsten. Maar Ben verviel weer in een oude fout, hij wilde de zaak te mooi afmaken en moest plotseling tot zijn spijt constateren dat Leo daardoor fraai tegenspel had weten te ontwikkelen, waar voor Ben geen kruid meer tegen gewassen bleek.
Het werd een heel moeilijke partij tussen Jan van Baardwijk en Bonne Faber, waarbij op een gegeven moment de remisemarge niet meer te overschrijden leek te zijn. Maar daar was Jan het niet mee eens, hij probeerde een paardoffer op b7, wat Bonne een paard tegen 2 pionnen opleverde. Het had voor Jan misschien nog goed kunnen komen als hij even later een stuk had geslagen maar hij koos er voor eerst zijn koning wat lucht te geven en daardoor kon Bonne de materiaalstand in zijn voordeel vergroten tot op een gegeven moment een toren tegen een pion. Jan probeerde nog wat in troebel water te vissen maar liet op zeker moment pion f2 in de steek met zijn dame, waar die pion twee keer stond aangevallen. Mat volgde snel.
Wim Albus speelde tot op zekere hoogte een goede partij tegen Arie Bliek. Hij leek daarbij helemaal op het juiste spoor, echter - zo leek het althans - vergetend tegen wie hij speelde. Wim wist het nu niet meer af te maken en Arie nam de regie over, wat hem tenslotte het volle punt opleverde.
Dan was er tenslotte nog een goede avond voor Casper Verbeek en een slechte voor Frits Wilschut. Maar eigenlijk was Casper wel weer eens toe aan een overwinning, hoewel hij daar wel diep voor moest gaan. Frits verdedigde zich namelijk stug en het kostte Casper de nodige moeite daar doorheen te breken. Toch lukte dat tenslotte, met dus een mooie winst voor Casper.
Er is dus weer een nieuwe tussenstand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten