zondag 16 oktober 2016

De Pionier 3-De Willige Dame 2 en ronde 6

De tweede wedstrijd voor team 3, nu dus een thuiswedstrijd. Fred van Wieringen was wedstrijdleider en gaf - zoals een goed leider betaamt - zijn ogen goed de kost. Hij vertrouwde zijn gedachten over wat hij zag zelfs aan deze site toe! Ook nog een partij voor de interne beker en enkele huishoudelijke partijen.

Het derde team, onder leiding van Leo Stelloo, trad donderdag 13 oktober 2016 aan tegen De Willige Dame 2. De naar Hellevoetsluis afgereisde Dordtenaren hadden de eerste wedstrijd 4-4 gespeeld. De Pionier 3 verloor met grote cijfers, mede door met zes spelers aan te moeten treden.
Deze donderdag kon Leo over alle spelers beschikken. Na het gebruikelijke voorwoord, van wedstrijdleider Fred van Wieringen, werden de klokken gestart. Het eerste uur werd gebruikt om goed uit de opening te komen. Dat ging een ieder goed af, al had Ben Blakmoor aan bord 1 met zwart in een Franse opening ervoor gezorgd dat zijn tegenstander een triple pion kreeg. Ben had daar van kunnen profiteren maar de witte stukken verdedigden de stelling prima, waarna Ben remise aanbood. Dit werd, na overleg, geaccepteerd, met het commentaar “Ik sta toch  wel veel beter, maar vooruit maar!” (½-½).
Aan het vijfde bord speelde Ronald van Velzen een ongelukkige partij. In het middenspel werd er een aanval op f7 ingezet. Om de aanval te blokkeren werd er een loper tussen gezet, met als gevolg een afruil en een dubbelpion. Ronald verloor een kwaliteit en zijn stelling werd zwakker. Het eindspel toren tegen paard werd vakkundig afgemaakt en Ronald verloor (½-1½).
Tim Albus had een goede stelling opgebouwd aan bord 7. De vijandige loper en paard trachtten de stelling van Tim binnen te dringen maar dit werd prima gepareerd. Met het opschuiven van de g- en h-pionnen werd Tim wat nonchalant. Misschien had het veroveren van de c-lijn met de torens een beter idee geweest. Nu kwam de dreiging op de damevleugel en daar had Tim geen antwoord op. Na een mat op de onderste rij moest Tim zich overgeven (½-2½).
Jeugdspeler Martijn van Dam trof de speler met de hoogste rating. Maar Martijn deed dat voortreffelijk. Er werd op alle fronten gestreden, echter de pionnen op de g- en h-lijnen deden Martijn pijn. De g-pion kon doorlopen en promoveerde tot dame en dat was voor Martijn teveel. Toch prima gespeeld! (½-3½).
Wim Albus, spelende aan bord 6 naast zoon Tim, speelde ook een prima wedstrijd. De strijd werd vooral op de damevleugel gestreden. Toen deze “leeg” was zette Wim de zwarte stelling onder druk. Toren en paard stonden bijna vast. Maar Wim liet het toch ergens liggen en verloor een pion. Deze pion bleek echter genoeg voor de overwinning. Met nog drie borden bezig was het verlies een feit (½-4½).
Ook Albert Schaefer aan bord 8 kon geen overwicht creĆ«ren. Albert zette wat druk in het centrum met zijn pionnen. Hij viel een paard aan maar werd op de koningsvleugel onder druk gezet. Albert wist dit te verdedigen maar het kostte wel een pion. Even later verloor hij nog een pion en hierdoor werd de stelling zwakker en zwakker. Met verlies tot gevolg (½-5½).
Hetzelfde overkwam Frits van der Veeke aan bord 4. Goed spel, na anderhalf uur werd pas het eerste stuk geslagen. Ook Frits verloor een pion en de stelling werd zwakker. Frits probeerde nog een aanval uit te voeren maar … geen succes. Ook Frits verloor (½-6½).
Teamleider Leo Stelloo was, als laatste, nog bezig, aan bord 2. Opmerkelijk was dat Leo op een gegeven moment veel meer tijd over had dan zijn tegenstander! Normaal is dat andersom. De stelling was de gehele tijd gelijkopgaande. Tegen het einde kreeg Leo een remiseaanbod, echter, daar wilde Leo niets van weten. Met nog enkele minuten te gaan ging Leo toch in de fout en verloor. De einduitslag van ½-7½ was dezelfde als in de eerste wedstrijd. Ik vond dat het derde team een beter resultaat had verdiend.
Dit was dus de tweede wedstrijd van het eigenlijk ongelukkig gepromoveerde team. De tweede grote nederlaag dus en frappant detail is, dat de tegenstander uit de eerste ronde (De IJssel 2) deze ronde ook met grote cijfers (7-1) verloor. De Willige Dame 2 is dus gewaarschuwd!!
Overigens, nu even zonder dollen, deze uitslagen zijn wel een bewijs dat er iets helemaal fout zit in de huidige RSB-competitie. Dat geld ook voor andere klassen, uitslagen van 6-2 en hoger zouden eerder uitzondering dan (bijna) regel moeten zijn.
Kijken we dan nu even naar Fred's wedstrijdformulier:
  De Pionier 3 1397 - De Willige Dame 2 1534 ½-7½
1 Ben Blakmoor 1605 - Willem Platje 1353 ½-½
2 Leo Stelloo 1472 - Pearl Uyttenhove 1562 0-1
3 Martijn van Dam 1418 - Pieter Sandijck 1724 0-1
4 Frits van der Veeke 1339 - John van Waardenberg 1502 0-1
5 Ronald van Velzen 1179 - Anne Meeldijk 1453 0-1
6 Wim Albus 1513 - Willem Weerdensteijn 1531 0-1
7 Tim Albus 1369 - Cor Paans 1510 0-1
8 Albert Schaefer 1278 - Han van Gorkom 1634 0-1
Dan de interne beker.
De loting had hierin Dik Roeffel gekoppeld aan Alex van Wieringen. Qua rating een ongelijke strijd maar met de bekerwedstrijden weet je het maar nooit, vooral omdat er reglementair een groot verschil in beschikbare tijd bestond. Dik speelde de eerste partij met wit. In het begin ging het gelijk op. De stukken werden op de juiste plek geschoven. Alex had dat net iets beter gedaan, waardoor hij een pion won, die kon promoveren tot dame. Dick probeerde er nog een wedstrijd van te maken maar Alex pakte met die dame stuk na stuk en zette Dick schaakmat. In de tweede partij was het al niet anders. Alex kreeg al gauw grip op de partij en liet Dick kansloos. Alex door naar de 2e ronde.
Huishoudelijke competitie ronde 6.
Hierin speelden de nummers 2 en 3 van de stand tegen elkaar en daarbij had Ernst-Jan Pluim Mentz de witte stukken toegewezen gekregen terwijl Sheila de Jonge zich ontfermde over de zwarten. Maar ze kreeg daarin een lelijk gat in de bescherming van haar koning. De g-pion was namelijk nodig om op f6 terug te slaan. Daar ging de clubkampioen misbruik van maken. Eerst werden nog lopers geruild op e7 en daarna won Ernst-Jan (met dameruil) een pion op f5. Eerlijk gezegd werd de stelling van Sheila nu een gatenkaas en daarom gaf ze dan ook op.
Opnieuw een goed voorbeeld van wat er kan gebeuren middels het Fischer-tempo bleek in de partij tussen Jan van Dam en Jan van Baardwijk. De tweede Jan had, dankzij gebruik van veel bedenktijd, een redelijke stelling op weten te bouwen. Maar op zeker moment vlogen de seconden er voor hem af, terwijl de eerste Jan daar nog meer dan ruim van voorzien was. Maar nu moest hij een winstweg bedenken en dat kost meestal tijd, terwijl zijn tegenstander relatief snel ging spelen en er zodoende toch steeds tijd bij kreeg. Maar Van Dam wist toch het goede plan te vinden en mocht tenslotte het zoet van een overwinning smaken.
Bonne Faber en Michiel Landman zijn redelijk aan elkaar gewaagd. Toch kreeg Michiel, dankzij een als iets minder goed bekend staande variant het betere van het spel. Maar toen Bonne, bijna noodgedwongen, loper tegen paard ruilde op c6, had Michiel niet terug moeten slaan met zijn dame (wat dameruil betekende) maar z'n b-pion op moeten spelen, waardoor Bonne de dame had moeten geven voor twee torens. Op zich is dat geen ramp, echter, als je dan de c-lijn helemaal in handen van de zwarte dame moet laten dan valt er verder weinig leuks meer te doen voor wit. Dameruil dus en dat was voor Bonne meteen het sein om remise te bieden. Dat aanbod werd geaccepteerd.
Jan van Huizen speelde met wit tegen Ad van der Ree. Twee spelers, die ook aan elkaar zijn gewaagd. Het ging dus ook gelijk op. Wel veel spanning in het centrum. Totdat Jan met zijn toren de dame van Ad aan kon vallen. Op zich geen probleem, maar bij het weg halen van de dame zou Ad een toren verliezen… Uiteraard gaf Ad op.
Dan, last but not least, de partij tussen Wim Noordermeer en Arie Bliek. Het werd een partij met veel dreigementen, die alle konden worden teniet gedaan. Tenslotte bleef er een toreneindspel over, dat middels herhaling van zetten in remise eindigde.

Door al bovenstaand fraais is er een nieuwe stand.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten