Het gevecht om de eerste plaats in de groep en dus voor de beste kans op een - minstens - promotieplek. M.a.w., wie is herfstkampioen geworden in de groep? Ook lijkt het tegenwoordig een tendens dat er zo'n 70% van de leden aantreedt voor een schaakavond. Dus konden er - ook heel mooi - nog een ruim aantal partijen voor de interne competitie worden gespeeld.
Bij het bekijken van de tegenstanders in de groep van het tweede bij de voorlopige indeling van het nieuwe seizoen wekte het enige verbazing daar ook dit Schiedamse team bij aan te treffen. Immers, ze waren niet op een degradatieplaats in de tweede klasse geëindigd. Maar, na enig zoekwerk, bleek, dat men op eigen verzoek een stapje lager was ingedeeld wegens een verzwakt ledenbestand. Toch mag bij de beslissing van de RSB om dat goed te keuren een groot vraagteken worden geplaatst. Eigenlijk is daar nauwelijks jurisprudentie bij, het enige, dat je dan toch in gedachten schiet is het gevecht van Koningsclub uit Bergen enkele decennia geleden. Men verzocht de KNSB toen om hen in de hen op rating toekomende klasse te plaatsen. Maar het oordeel van de bond (het woord "bureaucratie" komt daarbij bovendrijven) was vernietigend. Een nieuw team moet onderaan de ladder beginnen en zo speelde in de laagste klasse van de NHSB een team met een gemiddelde rating van misschien wel 2200 Elo-punten tegen allemaal tegenstanders van gemiddeld 1200 Elo. De uitslagen kun je dus wel raden en dat ging zo enkele jaren door. Maar toen het team eindelijk de KNSB-regionen bereikte had de sponsor er blijkbaar genoeg van gekregen en gaf er de brui aan waardoor een zachte dood voor de club volgde. Het verzoek van de Schiedammers voor vrijwillige degradatie was overigens wel te billijken.
Maar er was meer aan de hand bij deze wedstrijd. Het deed denken aan samenspannen tussen de dochter van de voorzitter van De Pionier en schaakclub HZP Schiedam. Want wat was er aan de hand? Juist op deze avond speelde de favoriete voetbalclub van Fred van Wieringen een bekerwedstrijd en daarvoor had zijn dochter hem 2 vrijkaartjes gegeven: één voor hem en één voor zijn zoon Alex, beiden juist steunpilaren voor De Pionier 2! Wie had de Van Wieringens deze avond nou meer nodig, Feijenoord of De Pionier 2?? Uiteraard leg je zulke kaartjes, als groot supporter van Feijenoord, niet naast je neer en dan vraag je aan de tegenstander of er vooruit kan worden gespeeld. Alsof men het daar had voorzien (carnaval organiseer je toch ook niet in de zomer): juist op deze avond was door hen een Kerstavond gepland waaraan logischerwijze alle leden mee wilden doen. Geen vooruitspelen dus en derhalve werd een drietal (er was nog iemand verhinderd) uit het derde team opgesteld. Altijd een verzwakking dus.
Maar HZP Schiedam 2 had meer maatregelen getroffen: een speler met een rating van ruim 1800, die een hele poos niet meer had gespeeld, was (speciaal voor deze wedstrijd?) opgetrommeld, terwijl er ook "steun van bovenaf" in de persoon van hun webmaster Aad Juijn mee was gekomen.
Aldus opgeladen begon de strijd redelijk rustig. Al snel na de opening echter kwam er een eerste uitslag want Ben Blakmoor aan bord 4 bood al vrijwel meteen na de openingszetten remise, helaas voor het team zonder overleg vooraf. De motivatie van Ben klonk redelijk logisch: "Het staat nu nog gelijk, ik ken mezelf echter voldoende om te beseffen dat ik later foutjes ga maken en dan waarschijnlijk zal verliezen". Zijn tegenstander deed het iets anders, hij ging de andere borden langs om te kijken hoe de situatie daar was, kreeg daar een goed idee bij en accepteerde daarom het aanbod.
Op dat moment was het al behoorlijk fout aan het gaan bij invaller Bonne Faber aan bord 3. Bonne was slecht uit de opening gekomen en wist dat ook niet te verhelpen. Door een misrekening raakte hij een pion achter en kon die pion later weer terugwinnen, er echter te weinig rekening mee houdend dat dit hem een kwaliteit plus een dubbelpion ging kosten. Hij probeerde nog wat in troebel water te vissen, hopend op een mat achter de paaltjes. Toen dat echter te niet werd gedaan gaf hij meteen op, daarmee de stand op ½-1½ brengend.
Achteraf gezien bleek dat het begin van het einde want ook teamleider Peter Derrez, die zich voor de gelegenheid had "opgeofferd" aan bord 1 kwam moeilijk te staan. Hij had weliswaar een gevaarlijke batterij op de vijandelijke koningsvleugel gericht, die batterij werd echter geblokkeerd door een eigen pion, die afgestopt werd. Helaas gaf de Schiedammer niet de kans om de batterij z'n werk te kunnen laten doen en zodoende moest Peter ook genoegen nemen met een slechtere stelling. Dat kostte hem zelfs materiaal en toen er middels een fraai schaakje ook nog eens pion verdween gaf ook Peter de strijd op.
Hierna was het de beurt aan de tweede invaller, Jan van Baardwijk aan bord 6. Jan meende een redelijk gelijke stelling te hebben gekregen en bood derhalve op zeker moment remise. Dat werd echter afgewezen en Jan werd steeds verder teruggedrongen. Dat ging zelfs zo ver dat Jan de partij op moest geven en vanaf nu de overblijvende vier allemaal moesten winnen wilde men de wedstrijd nog ten goede keren. Mar daar zag het helemaal niet naar uit, zelfs 4-4 leek nu onhaalbaar.
De volgende die het loodje moest leggen was Michiel Landman aan bord 2. Michiel speelde tegen het genoemde geheime wapen van de Schiedammers en wist desondanks een redelijk gelijke stand op te bouwen. Het werd tenslotte een (dubbel) toreneindspel waarin de pionnen van Michiel slechter stonden. Hij raakte er zelfs nog eentje achter, probeerde nog wel het onmogelijke mogelijk te maken maar dat mocht niet lukken. Ook Michiel verloor dus, waarmee de wedstrijd in zijn geheel ook verloren raakte voor het Pionierteam.
Nu werd de focus gericht op bord 5, waar Wim Noordermeer speelde tegen een voor hem oude bekende namelijk oud RSB-voorzitter Frans Maas, bij intimi beter bekend als F.G. Wim had, op de van hem bekende manier, de knuppel in het hoenderhok gegooid en enig materiaal en prise gezet. Dat zag er op zich wel gevaarlijk uit maar F.G. wist het gevaar te keren en een stuk te winnen. Nu probeerde Wim nog van alles om in troebel water te vissen, Frans bleef echter op zijn qui vive en bond Wim tenslotte aan z'n zegekar, daarmee zijn team op een ½-5½ voorsprong brengend.ou de afstraffing voor het Pionierteam dan "ondragelijk" gaan worden? Dat viel achteraf gelukkig nog een beetje mee, hoewel alles nog wel langs het randje van de afgrond ging.
Want wat te denken van Sheila de Jonge aan bord 7 bijvoorbeeld. Ze speelde tegen een jeugdspeler van z'n club, die een beetje voor de leeuwen werd geworpen wegens een late afzegging. Dan was hij tegen leeuwin Sheila enigszins aan het goede adres!? Sheila bouwde op het gemak aan haar stelling, waarbij de jeugdspeler veel tijd verbruikte, misschien van te voren gewaarschuwd niet te snel te spelen. Toch leek hij wel op winst te spelen, vooral toen hij in het eindspel op pionnenjacht ging met zijn koning. Daarbij had Sheila simpel de winst veilig kunnen stellen door haar laatste twee damevleugelpionnen beveiligd te houden door haar loper. Maar in plaats daarvan ging ook zij met haar koning op jacht naar damevleugelpionnen en daarbij moest ze die loperlijn oversteken, waardoor ze haar beide pionnen "weggaf". Gelukkig kwam het toch nog goed omdat de Schiedammer, zoals gezegd, op winst leek te spelen. Had hij bijvoorbeeld in plaats van de loper, die zijn gepromoveerde pion sloeg, te slaan naar de andere hoek gelopen met de koning dan had er hoogstwaarschijnlijk een remise in gezeten. Nu deed hij dat niet en daardoor kon Sheila op tijd zijn laatste pion consumeren en met haar toen vrije (rand)pion tot dame opmarcheren. De team-eer was gered!
Die redding zou toch nog grotere vormen aannemen. Wegens zijn goede invalbeurt afgelopen vrijdag in het derde team had teamleider Peter een kans aan jeugdspeler Martijn van Dam willen geven en hem voor de gelegenheid aan bord 8 opgesteld. Ook Martijn gebruikte heel veel tijd - daar was hij ook tevoren op gewezen omdat het er bij de jeugd veel sneller aan toe gaat - en gaande het slot van de wedstrijd leek dat hem de kop te gaan kosten, zijn tegenstander had nog duidelijk veel meer tijd over. Martijn kreeg een koningsaanval met dame en loper te verwerken, waarbij hij al eerder de beschermende pionnen had opgespeeld (behalve de f-pion). Dat ving hij echter goed op, hoewel hij misschien kansrijker geweest zou zijn als hij een toren op g1 had geplaatst toen zijn tegenstander dameruil op g3 uit de weg ging. Dan had hij namelijk mooie druk op de vijandelijke g-pion kunnen brengen. Nu ging hij voor afruil, wat hem tenslotte toch de betere stelling en later ook de winst zou brengen. Zijn tegenstander ging nu namelijk heel veel tijd gebruiken.
Het wedstrijdformulier van wedstrijdleider Ernst-Jan Pluim Mentz zag er zo uit:
Hiermee gooit HZP Schiedam hoge ogen voor minimaal een (op zich verdiende!) promotie, waarbij het gevoel van gerechtigheid toch geweld wordt aangedaan.
Ook intern werd er flink aan verschillende bomen geschud. Zo speelde Leo Stelloo een heel goede partij tegen Jan van Huizen, waarbij hij diverse aanvallen af wist te slaan. Maar het krachtsverschil (uitgedrukt in klassen RSB!?: tweede tegen vierde klasse) kreeg tensdlotte toch de overhand en Jan wist de partij te winnen.
Ad van der Ree speelde tegen Rik Verheij en wist daarbij grote complicaties niet uit de weg te gaan. Toch hield hij er - ondanks een dubbelpion - een redelijke stelling aan over, wat hem motiveerde om remise aan te bieden. Rik was het daar nog niet mee eens en deed zijn uiterste best om dat idee te bewijzen. Toch wilde dat niet lukken en daardoor waarschijnlijk gedesillusioneerd bood hij zelf maar remise, een aanbod, dat werd aangenomen.
De verdere partijen waren relatief snel afgelopen, daarom hier slechts de uitslagen: Ronald van Velzen wist Dik Roeffel te verslaan en Casper Verbeek verloor tenslotte van Arie Bliek. Ook Trudy Angeneind verloor weer een partij, nu van Frits van der Veeke. Ook zijn naamgenoot, Frits Wilschut, wist te winnen en wel van Johan Müllenberg.
Door al dit tumult is dit de nieuwe stand.
Want wat te denken van Sheila de Jonge aan bord 7 bijvoorbeeld. Ze speelde tegen een jeugdspeler van z'n club, die een beetje voor de leeuwen werd geworpen wegens een late afzegging. Dan was hij tegen leeuwin Sheila enigszins aan het goede adres!? Sheila bouwde op het gemak aan haar stelling, waarbij de jeugdspeler veel tijd verbruikte, misschien van te voren gewaarschuwd niet te snel te spelen. Toch leek hij wel op winst te spelen, vooral toen hij in het eindspel op pionnenjacht ging met zijn koning. Daarbij had Sheila simpel de winst veilig kunnen stellen door haar laatste twee damevleugelpionnen beveiligd te houden door haar loper. Maar in plaats daarvan ging ook zij met haar koning op jacht naar damevleugelpionnen en daarbij moest ze die loperlijn oversteken, waardoor ze haar beide pionnen "weggaf". Gelukkig kwam het toch nog goed omdat de Schiedammer, zoals gezegd, op winst leek te spelen. Had hij bijvoorbeeld in plaats van de loper, die zijn gepromoveerde pion sloeg, te slaan naar de andere hoek gelopen met de koning dan had er hoogstwaarschijnlijk een remise in gezeten. Nu deed hij dat niet en daardoor kon Sheila op tijd zijn laatste pion consumeren en met haar toen vrije (rand)pion tot dame opmarcheren. De team-eer was gered!
Die redding zou toch nog grotere vormen aannemen. Wegens zijn goede invalbeurt afgelopen vrijdag in het derde team had teamleider Peter een kans aan jeugdspeler Martijn van Dam willen geven en hem voor de gelegenheid aan bord 8 opgesteld. Ook Martijn gebruikte heel veel tijd - daar was hij ook tevoren op gewezen omdat het er bij de jeugd veel sneller aan toe gaat - en gaande het slot van de wedstrijd leek dat hem de kop te gaan kosten, zijn tegenstander had nog duidelijk veel meer tijd over. Martijn kreeg een koningsaanval met dame en loper te verwerken, waarbij hij al eerder de beschermende pionnen had opgespeeld (behalve de f-pion). Dat ving hij echter goed op, hoewel hij misschien kansrijker geweest zou zijn als hij een toren op g1 had geplaatst toen zijn tegenstander dameruil op g3 uit de weg ging. Dan had hij namelijk mooie druk op de vijandelijke g-pion kunnen brengen. Nu ging hij voor afruil, wat hem tenslotte toch de betere stelling en later ook de winst zou brengen. Zijn tegenstander ging nu namelijk heel veel tijd gebruiken.
Het wedstrijdformulier van wedstrijdleider Ernst-Jan Pluim Mentz zag er zo uit:
De Pionier 2 | 1452 | - | HZP Schiedam 2 | 1410 | 2½-5½ | |
1 | Peter Derrez | 1586 | - | Gerard Turkenburg | 1540 | 0-1 |
2 | Michiel Landman | 1574 | - | Cees Verhagen | 1845 | 0-1 |
3 | Bonne Faber | 1570 | - | David van der Vloed | 1547 | 0-1 |
4 | Ben Blakmoor | 1697 | - | Dick Vons | 1531 | ½-½ |
5 | Wim Noordermeer | 1581 | - | Frans Maas | 1479 | 0-1 |
6 | Jan van Baardwijk | 1417 | - | Marco Zwanenburg | 1395 | 0-1 |
7 | Sheila de Jonge | 1446 | - | Diego Kaersenhout | 848 | 1-0 |
8 | Martijn van Dam | 741 | - | Jan Hennevanger | 1098 | 1-0 |
Ook intern werd er flink aan verschillende bomen geschud. Zo speelde Leo Stelloo een heel goede partij tegen Jan van Huizen, waarbij hij diverse aanvallen af wist te slaan. Maar het krachtsverschil (uitgedrukt in klassen RSB!?: tweede tegen vierde klasse) kreeg tensdlotte toch de overhand en Jan wist de partij te winnen.
De verdere partijen waren relatief snel afgelopen, daarom hier slechts de uitslagen: Ronald van Velzen wist Dik Roeffel te verslaan en Casper Verbeek verloor tenslotte van Arie Bliek. Ook Trudy Angeneind verloor weer een partij, nu van Frits van der Veeke. Ook zijn naamgenoot, Frits Wilschut, wist te winnen en wel van Johan Müllenberg.
Door al dit tumult is dit de nieuwe stand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten