maandag 23 juni 2014

Ronde 39

De laatste prijzen van het seizoen werden deze avond nog vergeven. De belangrijkste daarbij was nog die voor de interne beker, ook echter moesten nog winnaars van groepskampioenschappen kunnen worden bepaald. Dat werd nog even rekenen!
Jan van Huizen en Ernst-Jan Pluim Mentz hadden zich, na een aantal meer of minder spannende ronden, voor de finale van de IBC weten te plaatsen. Jan had dat bereikt via een bye in de eerste ronde en vervolgens overwinningen op Alex van Wieringen, Michiel Landman en Ben Blakmoor. Ook Ernst-Jan had een bye geloot voor de eerste ronde en verder afgerekend met Sheila de Jonge, Jan van Dam en Ad van der Ree. Misschien een ietsje makkelijker weg voor Jan maar er werd wel uitgezien naar deze finale. Eerlijk gezegd werd het echter een tegenvallend gebeuren, Ernst-Jan wist beide partijen toch wat te makkelijk naar zijn hand te zetten, ook weer middels een mooi stukoffer in partij 1 bijvoorbeeld.
De groepsprijs voor schaduwgroep 1 was al lang bij de rechthebbende terechtgekomen, Ernst-Jan had die al weer voor de vijfde achtereenvolgende keer naar zich toe getrokken! Maar de prijs voor schaduwgroep 2 was een heel ander verhaal. Daarvoor ging het tussen Bonne Faber en Wim Noordermeer. Tussen hen beiden was een verschil van 21 punten in het voordeel van Bonne, maar, bij de vorige ledenvergadering was afgesproken, dat het, voor elk bezoek toe te kennen aanwezigheidspunt, pas aan het einde van het seizoen meegerekend zou gaan worden. Niet als anders meteen meegerekend worden dus. Bonne mocht het deze ronde proberen tegen Jan van Dam, terwijl Wim als tegenstander Jan van Baardwijk kreeg aangewezen. Vooral bij Wim vlogen de stukken er (figuurlijk) heel snel af. Hij kreeg te maken met een half open g-lijn op zijn gerocheerde koning, kreeg daar zelf overigens wel een mooie aanval door het centrum voor terug op Jan's niet gerocheerde koning. Bij Bonne ging het er intussen wel wat gemoedelijker (eigenlijk rustiger) aan toe, hoewel ook hier sprake bleek van een koningsaanval. Daarbij had Bonne de problemen een beetje over zichzelf afgeroepen door zijn tegenstander Jan kansen te bieden richting zijn (kort gerocheerde) koning. Bij beide partijen ging het eigenlijk net zo als het hier een beetje wordt geschilderd, Wim kwam steeds meer in het voordeel, terwijl Bonne zijn uiterste verdedigende best moest doen. Beide Jannen kwamen (veel) slechter in hun tijd te staan, Jan van Baardwijk zelfs zo erg, dat Wim rustig een halve voetbalmatch zou kunnen gaan kijken en nog veel meer tijd zou overhouden. Deze Jan probeerde, tot grote hilariteit van de omstanders, het tij nog te keren door een remiseaanbod te doen, daar trapte Wim echter niet in en even later moest Jan dan ook opgeven. Bonne leek zijn positie wat te kunnen verbeteren, totdat hij op het eind pardoes een kwaliteit wegblunderde en meteen ook opgaf. Bij het opmaken van de stand bleek Wim nu één punt te zijn voorgekomen op Bonne, dan nog steeds zonder die aanwezigheidspunten. En daar bleek Bonne er 5 meer van verzameld te hebben dan Wim, dus met een voorsprongetje van liefst 4 punten is Bonne tenslotte groepskampioen van schaduwgroep 2 geworden.
Hoe verging het de spelers van schaduwgroep 3 dan? Daar zou het tussen Arie Bliek en Leo Stelloo moeten gaan, waarbij Arie 11 punten meer had bij het ingaan van de ronde. Maar de indeling leek eigenlijk Leo voordeel te gaan brengen, zelf moest hij tegen Trudy Angeneind terwijl Arie het heel moeilijk zou kunnen gaan krijgen tegen Fred van Wieringen. Ook hier bleek de schilder helemaal gelijk te krijgen met zijn kwast, Leo kreeg behoorlijk de overhand tegen Trudy, net als Fred tegen Arie. Uiteraard deden beiden hun uiterste best hun noodlot af te wenden, geen van beiden lukte dat echter. Hierdoor werd Leo al kampioen zonder bijtelling van de aanwezigheidspunten; hij kwam nu 7 punten voor te staan op Arie en had ook nog eens het dubbele aantal aanwezigheidspunten.
Dan werd er nog één partij gespeeld waarvan de uitslag slechts van belang zou zijn voor beide spelers zelf. Frits Wilschut kreeg als laatste tegenstander van het seizoen Ger Croonenberg voorgeschoteld. Zoals voor hem een beetje te doen gebruikelijk speelde Ger eigenlijk weer veel te snel maar Frits wist daar geen gebruik van te maken. Sterker nog, hij kwam slechter te staan en moest op het eind zelfs opgeven. Hun analyse achteraf bleek ook fraai: Frits vond, dat hij geen overwegende zetten had weten te doen en Ger wist te melden "maar je hebt ook wel enkele hele stomme zetten gedaan"! Lheering en vermaeck dus aan het einde van het seizoen.

De slotlijst - zonder aanwezigheidspunten! - ziet er als volgt uit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten