Tijdens deze ronde raakte de eerste finalist voor de bekercompetitie bekend. De verdere aanwezigen speelden hun interne partijen naar meer of mindere tevredenheid.
De eerste bekerpartij tussen Rik Verheij en Jan van Dam eindigde eigenlijk vrij snel. Weinigen, behalve de spelers dan, zullen daar van gezien hebben hoe die remise nou tot stand kwam. In de tweede partij echter legde Jan zijn tegenstander het vuur na aan de schenen. De koning van Rik kwam in het nauw op zijn eigen vleugel. Hij werd daar "beschermd" door ee dubbelpion op de g-lijn en die werd dan ook aangevallen. Een toren van Jan had Rik's dame al in een precaire situatie gebracht op de h-lijn en daar sloot z'n dame aich snel bij aan. Die aanval duurde nog een aantal zetten, waarna de weg voor Jan naar de finale openlag. Maar, zei Rik na afloop, "ik heb de beker al twee keer gewonnen, nu de kans maar eens voor iemand anders!" En inderdaad, Jan heeft de beker tot nu toe nog nooit gewonnen.
Een verrassing bij de andere partijen. Bonne Faber mocht nu eens proberen het bastion Ernst-Jan Pluim Mentz te slechten. De opening verliep in het voordeel van de clubkampioen, dat voordeel gaf hij echter meteen weg met zijn lange rochade. Op zich leek dat goed te zijn, met een afruil in het centrum had Bonne toen echter een klein voordeeltje kunnen bewerkstelligen. Dat gebeurde niet en het complete stukkencorps werd afgeruild, op lopers van ongelijke kleur na. En Bonne schoot er een pion bij in. Men zegt meestal dat een dergelijk eindspel remise moet zijn, in dit geval deed de zegswijze "quad erat demonstrandum" opgeld. Er werden nog wat pionnen op de koningsvleugel geruild en Ernst-Jan hield een vrijpion over op de e-lijn. Voor Bonne golden toen twee belangrijke dingen om in de gaten te houden: de velden e2 en c2, om de pion niet de kans te geven tot promotie en de koning niet naar de damevleugel te laten gaan. Er werd nog veel geschoven, Bonne deed nog een remiseaanbod en uiteindelijk werd dan toch tot remise besloten: QED
Jan van Huizen mocht proberen een punt afhandig te maken van Fred van Wieringen. Beiden deden hun best om dat punt te bemachtigen, beiden slaagden daar niet in. Het punt werd dus als het ware en tweeën getrokken en beiden kregen de helft. In de analyse achteraf leek Fred de nodige moeite gekregen te kunnen hebben met het vermijden van een matnet.
Ook een fraaie partij werd gespeeld tussen Tim van der Hart en Alex van Wieringen. Vooral laatstgenoemde stopte veel bedenktijd in het oplossen van de door Tim geschapen problemen. Om die de wereld uit te helpen leek hem te gaan lukken en hij kreeg aanval richting de koningsvleugel. Maar ook dat kon door Tim worden opgevangen en ook hier tenslotte een vredesverdrag met remise.
Een heel ander verhaal tussen Jan van Baardwijk en Wim Noordermeer. Wim probeerde Jan te verrassen met zijn lievelingsopening, slaagde daar onvoldoende in. Er werd wel het nodige materiaal afgeruild en er ontstond een vervelende penning voor Wim langs de c-lijn. Daar wist hij niet genoeg weerstand tegen te bieden en Jan mag, dankzij deze winstpartij, weer omhoog kijken.
Jan Straatman kreeg deze avond te maken met de enthousiaste Leo Stelloo. Dat ging hem redelijk gemakkelijk af, hij sloeg enkele gaten in de vesting Stelloo, wat hem materiaalwinst opleverde. Leo stribbelde nog behoorlijk tegen, slaagde er echter niet in zijn verlies af te wenden.
Ook voor Mehdi Potters had de avond geen voldoening in petto, tegen Arie Bliek wist hij geen afdoende vuist te maken en - al hoofdschuddend - feliciteerde hij Arie met de overwinning.
Het gevecht tussen Frits van der Veeke en Frits Wilschut kende een vervelend verloop voor één van beide Fritsen. Want Van der Veeke hield zijn hoofd koel genoeg om dat aan de stormlopen van Wilschut te bieden en deze moest tenslotte toegeven daar geen afdoende oplossing voor te hebben gevonden en dus een punt voor Frits van der Veeke.
Jannes van Halen wist Ger Croonenberg behoorlijk in problemen te brengen en het ging er zoetjesaan op lijken dat hij het punt zou gaan bemachtigen. Tot het moment, dat het noodlot voor hem toesloeg in de vorm van schaakblindheid. En dat kostte hem zijn dame en de partij.
Dan nog het vierde gevecht tussen Sidney Noordijk en Trudy Angeneind van dit seizoen. Meestal is dat een kwestie van foute zetten en het niet zien daarvan. Deze aflevering was dat ook niet anders. Toch vinden ze beiden remise niet iets voor hen. Ook nu niet en uiteindelijk werd Trudy de gelukkige.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten