Nu al kwamen de eersten, die de vorige ronde de volle winst hadden weten binnen te halen, tegen elkaar te spelen en daar bleek hier en daar nauwelijks krachtsverschil te merken. Hoewel, Martijn van Dam en Thomas Ammerlaan gingen volop van start en het leek mis te lopen voor Martijn aangezien hij blunder in zijn spel toeliet. Maar Thomas wist niet afdoende te profiteren en zo was de eerste remise van de ronde alweer een feit. Er zou er zelfs nog één volgen want Jan van Dam en Hans van Calmthout leken elkaar niet echt pijn te willen doen en zo besloten ook zij de ronde vriendschappelijk. Maar dat was het dan ook wel wat de remises betreft, bij alle andere partijen kwam een winnaar uit de bus, dankzij prima spel van sommigen, terwijl anderen het moesten hebben van mistasten door hun tegenstander. Heel snel klaar was Frits Wilschut tegen Kees Breen. Frits was één van degenen, die de zomerslaap nog onvoldoende van zich had afgeschud en zodoende al binnen een uur met een nul (in de partij) rondliep. Ook relatief snel klaar was Jan van Baardwijk tegen Wilco Baartmans en ook Jan mocht een punt incasseren. Een nadeel als je zelf een moeilijke partij hebt te spelen, is dat je niet al te veel ziet van wat er aan de andere borden aan het gebeuren is. Zo ging dat ook bij Bart Westdijk tegen Tim van Huizen, hoewel vooral Tim beter verdiend! Hij won deze partij echter wel. Ook had Ad van der Ree gelegenheid gevonden zijn hobby weer eens te kunnen uitoefenen, nu wel met het jeugdtempo. Daarvoor kreeg hij Jacques Kokshoorn als tegenstander en Jacques wist geen manier te vinden om Ad verdienstelijk in het vaarwater te zitten en zo won ook Ad een partij. Eveneens van de partij tussen Baris Kinis en Michiel Landman is niet zo veel te vermelden, behalve dan dus de winst voor Michiel. Sheila de Jonge ging opgewekt van start tegen Maurits Leentvaar maar dat wist ze niet tot het einde toe vast te houden, ze raakte steeds meer in mineur door het slechter worden van haar stelling. Het werd zodoende al de tweede overwinning voor Maurits.
Ook een tweede overwinning kwam er voor Alex van Wieringen, hoewel hij daarvoor wel erg diep moest gaan tegen Leo Stelloo. Of eigenlijk was het Leo die hem daarvoor de kans bood door in een stelling, waar nog redelijk veel voor hem te halen zou kunnen zijn, te gemakkelijk af te willen wikkelen. Hij verzuimde namelijk zijn koning een veiliger plekje te geven, waardoor Alex middels een schaakje zijn pionnen op de koningsvleugel een kopje kleiner te maken. Eerder al had Leo een sterke loper af laten ruilen tegen een paard, terwijl hij een torenruil deed waar hij de mogelijkheid had wat meer met z'n tweede toren te doen. Leo gaf als reden voor deze onnauwkeurigheden gebrek aan tijd op, echter, nadat de partij was afgelopen, had hij nog meer dan vijf minuten over dankzij de 15 seconden per zet erbij. Leo moet dus nog leren hoe het Fischer-tempo zo goed mogelijk is te gebruiken, waarvoor hij goed naar Alex had moeten kijken, die dat wel deed. Maar, om nu een langer verhaal korter te houden, Leo verloor dus. Naast hem speelde Bonne Faber een sterke partij tegen Albert Bijzitter, waarin hij al in de verre openingsfase een mooie centrumpion wist te winnen. Hierna werd de stelling wat meer vereenvoudigd, waardoor Albert "plotseling" wat meer kansen kreeg. Die werden eigenlijk vergroot nadat Bonne een tweede pion had veroverd, een pion, die enigszins vergiftigd was wat de strategische mogelijkheden van de stelling betreft. Daar profiteerde Albert dus te weinig van want, in plaats van eerst zijn loper - die aangevallen werd - te offeren op h3, sloeg hij eerst met een toren op g2 en daarna - na het terugslaan met de koning - met de loper op h3. Door dit alles kwam Bonne dus een volle toren voor te staan, waarna Albert - na nog enkele zetten - opgaf. In die periode had Bonne nog overzien, dat hij een stuk (die loper op h3) had kunnen winnen, maar door de relatief snelle opgave door Albert was dat van minder belang. Dan - last but not least - de partij tussen Jan van Huizen en Wim Noordermeer. In deze partij steeg Wim een beetje boven zichzelf uit (of Jan wist zijn kampioensvorm niet terug te halen?) want hij wist tot in het verre eindspel gelijke tred met Jan te houden. Zodoende leek het er veel op, dat Wim een verrassende remise zou kunnen halen. Maar zover kwam het - helaas voor hem - toch niet want hij had in dat verre eindspel twee ongedekte pionnen te staan op paardensprongafstand van elkaar en zo wist Jan voordeel te krijgen. Toch moest hij daarna nog wel veel uit de kast halen om tenslotte toch de winst binnen te halen.
Dit alles brengt ons naar de tweede tussenstand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten