Vorige week hadden ze al voor de beker tegen elkaar gespeeld, nu was de interne competitie aan de beurt voor Jan van Huizen en Jan van Dam. Na die zinderende bekerwedstrijd vorige week moest koploper Jan van Huizen dus proberen Jan van Dam van zich af te houden. Laatstgenoemde Jan zette op de damevleugel de pionnen geheel vast. Ook konden loper en toren van andere Jan geen kant op. Maar hij begon een koningsaanval en zetten alles onder druk. Hierbij kwam zijn tegenstander in tijdnood. Met het spelen van zijn laatste zet bleek hij net te laat. Toen hij op de klok drukte was de vlag, tot zijn schrik, gevallen. De aanval op de koppositie was afgeslagen. Dat was knap van Jan van Huizen, omdat de loper en de toren nog steeds in de hoek vast stonden. Dan de beurt aan Maurits Leentvaar en Martijn van Dam. De opening ging gelijk op, totdat Maurits een toren van Martijn aanviel. Martijn liet die toren slaan en kwam bewust een kwaliteit achter. Hij dacht hiermee meer kansen te hebben voor een koningsaanval. En hij had gelijk. Zijn aanval leverde diverse pinnen op en door een penning nog een stuk. Maurits gaf hierna op. Na vorige week toenmalig koploper Thijs van Dam keurig op remise te hebben gehouden, was voor Rik Verheij nu Dik van der Pluijm aan de beurt. Dit was een partij uit de top van het klassement. Dat beloofde wat. Echter had Dik geen kind aan Rik, die niet al te best speelde. Een fout in de verdediging had pionnenverlies tot gevolg. Nu zette Dik Rik verder onder druk. Die kon niet onder de matdreiging van Dik uit en verloor. Thomas Ammerlaan kreeg Leo Stelloo tegenover zich, die, door goed spel van de laatste tijd, opgeklommen was naar een plaats bij de top-10. Maar voor hem bleek Thomas toch een ander verhaal, het leek er een beetje op, dat Thomas figuurlijk met hem speelde. Toch wist Leo het vol te houden tot ver in het eindspel, daarin wist Thomas zijn a-pion tot a7 op te laten stomen. Maar daar werd hij tegengehouden door een toren van Leo en gedekt door een loper. Die loper kon geslagen worden door een paard van Leo, echter kon Thomas dan een toren naar b8 spelen, met schaak. Dus zou de pion promoveren en was de partij afgelopen met dus winst voor Thomas. Nu de beurt aan Sheila de Jonge, die op mocht boksen tegen Bonne Faber. Daarin wist Bonne niet goed weg met de overgang naar het middenspel, waardoor Sheila haar f-pion uiteindelijk wist te ruilen tegen de voor een fianchetto opgespeelde g-pion. Die moest worden teruggenomen door de h-pion, anders zou een familieschaakje het gevolg zijn. Maar Sheila was nog niet uitgedokterd langs de f-lijn. Daar ging ze een paard offeren om haar dame naar het veld h5 te kunnen spelen. Dat offer mocht dus niet worden aangenomen, waardoor de belangrijke loper van de zwarte velden werd geslagen. Hierna maakte Bonne een grote fout door de dame aan te vallen met een loper, die gedekt stond door een paard. Maar dat paard kon met schaak worden geslagen door een loper van Sheila. Maar dat bleek ze te overzien. Dat al eerder gesignaleerde familieschaakje zat er alsnog in, dankzij een torenoffer van Sheila. In het hierop volgende eindspel stond Sheila een kwaliteit voor maar stonden de vijf overgebleven pionnen tegenover elkaar, waarbij een pionzet het winnen van die pion door de tegenstander zou betekenen. Sheila zag daar verder geen heil meer in en bood remise. Dat aanbod werd door Bonne met beide handen aangenomen, waarmee hij de speler met het meeste geluk van de avond leek te worden. Met enig geduld had Sheila de partij kunnen winnen, ze was misschien bang voor vergevorderde tijdnood. Alex van Wieringen en Lucas Braam gingen het gevecht aan. Alex kwam wat moeizaam uit de opening. Een damezet op de damevleugel zette Alex aan het denken. Het lukte hem in eerste instantie om uit deze situatie te komen. Na een uur had hij de oplossing gevonden en won hij meerdere pionnen. Lucas was echter zeer gevaarlijk met beide lopers en kon de pionnen op a3 en b2 terugwinnen. Alex kon met een pion oprukken tot de zevende lijn, ondersteund door zijn toren. Na een spannende strijd wist Alex te winnen door òf te promoveren òf stukwinst te pakken. Fred van Wieringen zelf zag Franka de Jong tegenover zich zitten. Franka speelde pas een paar partijen voor De Pionier. Tegen Fred speelde ze een goede opening. Twee stukken ruilde ze af. Echter, met Pe7 sloot ze de weg af voor haar loper en kon Fred met Lxh6 een pion winnen. De loper werd ook aangevallen en stukverlies was er voor Franka. Ze speelde nog door maar met een stuk meer speelde Fred de partij naar een overwinning. De laatkomer deze avond was Johan Seinen en hij mocht tenslotte tegen alle anderen spelen en wist dat ook te winnen. Voor Ivan Jansen kwam Kees Breen op de proppen. Ivan wist het Kees heel moeilijk te maken, zelfs zo moeilijk dat Kees zijn dame verspeelde. Daarna bleek het niet moeilijk meer voor Ivan om de partij te winnen. Een spannende partij kwam er tussen Jan van Baardwijk en Wilco Baartmans. Wilco kwam zelfs met een pion op de zevende rij en Jan moest alle zeilen bij zetten om deze pion van het promoveren af te houden. Het lukte Jan tenslotte de pion te veroveren en zelf ten aanval te trekken. Dit resulteerde in het winnen van twee pionnen. Het lukte Jan om alle stukken af te ruilen. In het eindspel was Wilco kansloos tegen de pionnenmeerderheid en hij gaf op. De laatste te behandelen partij brengt ons dan bij Wim Noordermeer tegen Frits Wilschut, in de kelder van de competitie. Wim had het misschien wat sneller af kunnen maken als hij de g-pion van Frits buit had gemaakt door die door de koning gedekte pion met zijn toren te slaan en dan, na het terugslaan door de koning, met zijn paard weer schaak te geven en tegelijkertijd de toren van Frits aan te vallen. Maar Wim koos er voor zijn toren naar de achterste lijn terug te trekken. Dat was op zich ook al voldoende om de partij te winnen, wat Wim tenslotte dan ook deed.
Dit alles levert weer een nieuwe tussenstand op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten