De nieuwe competitie heeft alweer enkele slachtoffers geëist, de sterken blijven zo langzamerhand weer over! Maar ook de nieuwe bekercompetitie kent een begin en dat zal vanaf donderdag a.s. zijn. De indeling daarvan is te zien links boven op deze site, bij het kopje "interne bekercompetitie". Wie dan aanwezig zijn gaan de eerste ronde spelen, terwijl ook de RSB-competitie haar schaduw alweer aan het vooruit werpen is!
Koploper na de eerste ronde was Sheila de Jonge en ze werd nu ingedeeld tegen Peter Derrez. Peter had kort gerocheerd en zijn koningsloper gefianchetteerd. Daar wist Sheila gebruik van te maken door haar h-pion helemaal tot de zesde rij op te laten rukken en die pion kon daar gevaarlijk worden omdat Peter's zwarte loper in het doosje verdwenen was. Inderdaad, de dame van Sheila wist zich een plekje te verwerven op de lange zwarte diagonaal en het mat was daarna voor Peter niet meer te voorkomen.
Dik van der Pluijm had gezorgd voor een gezonde stelling tegen Jan van Baardwijk. Jan liet zich echter niet meteen in dat bekende hoekje drukken en probeerde goed tegenspel te bieden. Maar dat wilde niet goed lukken en Jan kwam toch in dat hoekje terecht en kon wat later opgeven.
Dan kwam clubkampioen Jan van Dam nu tegenover Bonne Faber te zitten en beiden gaven blijk van een goede beheersing van de gespeelde opening. Maar ook nu de grote vraag hoe om te gaan met de overgang van opening naar middenspel. Dat deed Bonne niet op de beste manier en Jan kreeg daardoor een mooie voorsprong op de damevleugel, hoewel dit wel een dubbelpion op de b-lijn voor hem betekende. Maar de voorste van de twee was al gevorderd tot de zesde rij en bleef daar dreigend om zich heen kijken. Bonne wist nu eigenlijk niets beters te bedenken dan een va-banque aanval op de koningsvleugel maar die aanval kon Jan met eenvoudige middelen het hoofd bieden. Intussen snoepte hij ook hier en daar een pionnetje mee, zodat hij twee pionnen in de plus kwam. Nu had ook die voorste b-pion zijn mogelijkheden gezien, de dames werden geruild en de b-lijn kwam half-open. Met een mooi torenoffer kreeg Jan er niet slechts een derde pion bij, ook z'n vrijpion bleek niet meer tegen te houden en Bonne gaf daarom op.
Een leuke partij zou het kunnen worden tussen Hans van Calmthout en Martijn van Dam. Martijn probeerde zo goed mogelijk tegenstand te bieden maar raakte toch in een moeilijk parket. Dat parket hield tenslotte ondekbaar mat in en dus een punt voor Hans.
Fred van Wieringen ging er vrolijk op los tegen Thijs van Dam. Maar Fred wist op een gegeven moment een blunder te produceren en dat bleek niet verstandig tegen Thijs. Daar wist deze goed gebruik van te maken en even later kon Fred daarom opgeven.
Voor beiden de eerste partij van het nieuwe seizoen en daar wist Jan van Huizen beter mee om te gaan dan Kees Breen. Het werd een kwestie voor Kees om het zo lang mogelijk uit te zingen maar zijn stem brak op zeker moment en hij kon opgeven.
Nog een partij, die voor beiden de eerste was in het nieuwe seizoen. Wim Noordermeer was tegen Alex van Wieringen ingedeeld en ze maakten er een lange partij van. In de slotstelling had Wim het stuk, dat hij in de loop van de partij was kwijtgeraakt, terug kunnen winnen maar Alex kon beschikken over een op promotie staande pion dus gaf Wim de partij op.
Eigenlijk veel te snel wist Casper Verbeek te winnen van Peter van Herp. Maar ze speelden daarna nog wel enkele partijtjes, zodat er geen sprake van een verloren avond zou zijn.
Na zijn verlies in de vorige ronde was Rik Verheij in de zone van makkelijker tegenstanders gekomen en daar kwam hij tegenover Frits Wilschut te zitten. Frits had geen prettig begin van z'n seizoen, vorige week verloren van Jan van Dam en nu kreeg hij dus Rik voorgeschoteld. Maar, net als die vorige partij, ook nu gaf Frits goed partij. Maar hij kon niet voorkomen, dat hij langzamerhand wat materiaal kwijtraakte en daarom gaf hij op een gegeven moment moegestreden op.
De opkomst bleek weer uit een oneven aantal te bestaan en nu was het de beurt aan Ronald van Velzen om, met zwart, een poging te wagen tegen alle andere aanwezigen samen (voor zover ze dan aan zijn bord verschenen) te spelen. Maar er bleek een speler tussen zijn tegenstanders te zitten, die te weinig tijd aan het bekijken van de stelling besteedde, hij/zij overzag namelijk dat de dame aangevallen stond. Met een dame achter werd het dan ook moeilijk nog iets van het gevecht te maken en daarom werd er, na enig onderling overleg, opgegeven.
De nieuwe tussenstand.
Koploper na de eerste ronde was Sheila de Jonge en ze werd nu ingedeeld tegen Peter Derrez. Peter had kort gerocheerd en zijn koningsloper gefianchetteerd. Daar wist Sheila gebruik van te maken door haar h-pion helemaal tot de zesde rij op te laten rukken en die pion kon daar gevaarlijk worden omdat Peter's zwarte loper in het doosje verdwenen was. Inderdaad, de dame van Sheila wist zich een plekje te verwerven op de lange zwarte diagonaal en het mat was daarna voor Peter niet meer te voorkomen.
Dik van der Pluijm had gezorgd voor een gezonde stelling tegen Jan van Baardwijk. Jan liet zich echter niet meteen in dat bekende hoekje drukken en probeerde goed tegenspel te bieden. Maar dat wilde niet goed lukken en Jan kwam toch in dat hoekje terecht en kon wat later opgeven.
Dan kwam clubkampioen Jan van Dam nu tegenover Bonne Faber te zitten en beiden gaven blijk van een goede beheersing van de gespeelde opening. Maar ook nu de grote vraag hoe om te gaan met de overgang van opening naar middenspel. Dat deed Bonne niet op de beste manier en Jan kreeg daardoor een mooie voorsprong op de damevleugel, hoewel dit wel een dubbelpion op de b-lijn voor hem betekende. Maar de voorste van de twee was al gevorderd tot de zesde rij en bleef daar dreigend om zich heen kijken. Bonne wist nu eigenlijk niets beters te bedenken dan een va-banque aanval op de koningsvleugel maar die aanval kon Jan met eenvoudige middelen het hoofd bieden. Intussen snoepte hij ook hier en daar een pionnetje mee, zodat hij twee pionnen in de plus kwam. Nu had ook die voorste b-pion zijn mogelijkheden gezien, de dames werden geruild en de b-lijn kwam half-open. Met een mooi torenoffer kreeg Jan er niet slechts een derde pion bij, ook z'n vrijpion bleek niet meer tegen te houden en Bonne gaf daarom op.
Een leuke partij zou het kunnen worden tussen Hans van Calmthout en Martijn van Dam. Martijn probeerde zo goed mogelijk tegenstand te bieden maar raakte toch in een moeilijk parket. Dat parket hield tenslotte ondekbaar mat in en dus een punt voor Hans.
Fred van Wieringen ging er vrolijk op los tegen Thijs van Dam. Maar Fred wist op een gegeven moment een blunder te produceren en dat bleek niet verstandig tegen Thijs. Daar wist deze goed gebruik van te maken en even later kon Fred daarom opgeven.
Voor beiden de eerste partij van het nieuwe seizoen en daar wist Jan van Huizen beter mee om te gaan dan Kees Breen. Het werd een kwestie voor Kees om het zo lang mogelijk uit te zingen maar zijn stem brak op zeker moment en hij kon opgeven.
Nog een partij, die voor beiden de eerste was in het nieuwe seizoen. Wim Noordermeer was tegen Alex van Wieringen ingedeeld en ze maakten er een lange partij van. In de slotstelling had Wim het stuk, dat hij in de loop van de partij was kwijtgeraakt, terug kunnen winnen maar Alex kon beschikken over een op promotie staande pion dus gaf Wim de partij op.
Eigenlijk veel te snel wist Casper Verbeek te winnen van Peter van Herp. Maar ze speelden daarna nog wel enkele partijtjes, zodat er geen sprake van een verloren avond zou zijn.
Na zijn verlies in de vorige ronde was Rik Verheij in de zone van makkelijker tegenstanders gekomen en daar kwam hij tegenover Frits Wilschut te zitten. Frits had geen prettig begin van z'n seizoen, vorige week verloren van Jan van Dam en nu kreeg hij dus Rik voorgeschoteld. Maar, net als die vorige partij, ook nu gaf Frits goed partij. Maar hij kon niet voorkomen, dat hij langzamerhand wat materiaal kwijtraakte en daarom gaf hij op een gegeven moment moegestreden op.
De opkomst bleek weer uit een oneven aantal te bestaan en nu was het de beurt aan Ronald van Velzen om, met zwart, een poging te wagen tegen alle andere aanwezigen samen (voor zover ze dan aan zijn bord verschenen) te spelen. Maar er bleek een speler tussen zijn tegenstanders te zitten, die te weinig tijd aan het bekijken van de stelling besteedde, hij/zij overzag namelijk dat de dame aangevallen stond. Met een dame achter werd het dan ook moeilijk nog iets van het gevecht te maken en daarom werd er, na enig onderling overleg, opgegeven.
De nieuwe tussenstand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten