Met veel verwachting had de teamleider van het eerste Pionierviertal een team bij elkaar gezocht, net binnen de regels van de viertallencompetitie. Ook voor de interne competitie werd een aantal spannende partijen afgewerkt, met helaas een ietsje kleiner aantal dan gewend.
Maar had de teamleider wel goed gezocht voor zijn team tegen de sterke Rotterdammers? Vooral na de wedstrijd was de tendens van de commentaren dat hij een aantal natte kranten bij elkaar had gezocht om maar eens een weinig lovende kritiek te spuien. Hopelijk waren het wel dagbladen, immers, als iemand een hele maand niet beter zou weten te spelen, dan zou het snel bergaf gaan met een dergelijk persoon!
Met twee invallers t.o.v. de opgegeven spelers gingen beide teams van start.
Het ging redelijk lang gelijk op - nadere informatie enigszins bij de spelers zelf - maar op een zeker moment ging teamleider Leo Stelloo, spelend aan bord 4, zelf het slechte voor beeld geven. Hij had - althans volgens eigen zeggen - een redelijk te winnen positie gekregen met enig materieel meer dan zijn tegenstander. Maar Leo heeft, vooral in het middenspel, veel bedenktijd nodig om het juiste plan te vinden en dat wil hem dan later in de partij vaak nopen tot de kreet "ik had veel te weinig tijd en men wil me dan door de vlag jagen". Hoe dan ook, Leo overzag een combinatie en kon daardoor even later, als eerste, opgeven.
Wat later volgde ook Jan van Baardwijk aan bord 2 dat voorbeeld helaas. In het middenspel had hij risico's genomen, wat hem een pion had gekost, maar waardoor hij wel een pion naar de tweede rij had weten te krijgen. Die pion werd gedekt door twee torens maar zijn tegenstander had het promotieveld afdoende onder controle. Die bood dan ook remise, iets, waaraan Jan toch wel een beetje een broertje dood heeft dus hij sloeg het aanbod af. Maar even later kon de vijandelijke koning ook naar de pion toe lopen, wat tenslotte dit kleinood ging kosten. Nu werd die pion achterstand wel steeds belangrijker (de meeste officieren waren al naar naast het bord verhuisd) en dat bracht Jan tot de door hem gehate vraag "remise?". Maar de Rotterdammer zag nu zijn kans schoon en wees het aanbod terecht af. Het werd het tweede bordpunt voor zijn team.
Ook invalster Sheila de Jonge bracht het er tenslotte aan bord 3 slecht af. Maar ook zij had, gedurende de avond, een voordelige stelling gekregen volgens de later gehoorde commentaren. En ook zij had problemen gekregen door het door de Rotterdammers meegenomen en stiekem uitgestrooide slaapzand! Mede hierdoor ging ze haar materiaal op de verkeerde plaatsen neerzetten en kon daardoor op een gegeven moment partijverlies niet meer voorkomen.
Bijna het slechtste spel van het viertal werd op het bord gesmeten aan bord 1 door tweede invaller Bonne Faber. Al meteen kreeg hij te maken met een voor hem minder bekende variant, waardoor hij zijn materiaal ook op de verkeerde velden plaatste. Maar ook zijn tegenstander speelde niet steeds de beste zetten, waardoor Bonne op zeker moment een pion ging winnen. Die pion opende echter wel een lijn richting de zwarte koning wat Bonne even later, waarschijnlijk door dat genoemde slaapzand, een stuk kostte. Hij kreeg er echter zo langzamerhand wel in totaal drie pionnen voor terug. Maar zo goed als alle lijnen naar zijn koning werden geopend, waarbij er op zeker moment z'n stelling kon worden binnengevallen en heel groot voordeel worden verkregen door de Rotterdammer. Maar deze zag dit - gelukkig - niet en koos voor het verdedigen van een aangevallen en ongedekt staand paard. Nu wist Bonne zijn dame meer in veiligheid te brengen dan ze stond en wist even later zelfs het gevaar, waarin zijn koning zich bevond, af te wenden. In het nu ontstane eindspel kwam hij zelfs een pion voor te staan. Maar hij liet de koning van zijn tegenstander binnenkomen en liet ook de voorlaatste rij over aan diens toren. Dit betekende tenslotte een redelijk onnodig verlies.
Het voor RSR Ivoren Toren V2 prettige wedstrijdformulier:
De Pionier V1 | 1499 | - | RSR Ivoren Toren V2 | 1465 | 0-4 | |
1 | Bonne Faber | 1596 | - | Shakir Salih | 1459 | 0-1 |
2 | Jan van Baardwijk | 1492 | - | Erik Moerker | 0-1 | |
3 | Sheila de Jonge | 1464 | - | Leonardo Ayala | 1539 | 0-1 |
4 | Leo Stelloo | 1445 | - | Angelo Ayala | 1397 | 0-1 |
Voor de interne competitie speelde Ernst-Jan Pluim Mentz, na een week afwezigheid wegens ziekte, tegen Jan van Huizen en Ernst-Jan wist Jan zo in de war te brengen dat hij niet de betere zetten wist te vinden en tenslotte dan ook verloor.
Ook Jan van Dam bleek goed in vorm en dat bewees hij aan Reinier van der Wende. Dat betekende uiteindelijk de tweede verliespartij voor Reinier als deelnemer aan de interne competitie.
Fred van Wieringen wist, naast zijn wedstrijdleiderschap bij de viertallenstrijd, ook een goede partij te spelen tegen Ad van der Ree. Dit betekende tenslotte de eerste remise voor Ad dit seizoen.
Wim Noordermeer zal wel gedacht hebben "dat kan ik ook" en wist dat aan Peter Derrez te bewijzen. M.a.w., hun partij eindigde ook in remise.
Het werd ook een leuke partij tussen Casper Verbeek en Arie Bliek, waarbij Arie soms wat in de war was wie nou eigenlijk aan zet was. Zo probeerde hij enkele keren twee zetten achter elkaar te spelen. Maar hij won tenslotte toch wel!
Frits van der Veeke wist weer eens een partij te winnen. Tegen Kees Berkhout bleek hij tenslotte degene, die met het punt aan de haal ging.
Het was trouwens een goede avond voor de Fritsen, ook Frits Wilschut won en wel van Ronald van Velzen.
De nieuwe stand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten