zondag 23 november 2025

HHC ronde 11

Ook deze avond werd er nog een bekerloting gespeeld. Maar met nog liefst zeven stuks te gaan voordat de eerste ronde helemaal is gespeeld zal dat niet lukken voor de einddatum. Dus moet de competitieleider een beslissing nemen voor dit restant. En opnieuw bleek de opkomst oneven. Nu werd Michael Smalheer de oneven speler en ook hij had geen zin in spelen tegen de verdere aanwezigen.

Voor de beker werd er ditmaal gespeeld tussen Sheila de Jonge en Ernst Jan Pluim Mentz. Sheila zal vooraf weinig hoop hebben gehad op een goede afloop en dat bleek achteraf ook wel de juiste instelling. Maar na de eerste partij kreeg ze iets andere gedachten want die partij wist ze tot haar eigen verbazing te winnen. Nu kreeg ze zoiets van "nu ga ik wel eventjes naar de volgende ronde". Maar jammer genoeg voor haar wist Ernst Jan zijn vorm terug te vinden in de tweede partij en won die dan ook. Dat betekenden dus op z'n minst nog twee partijtjes snelschaken. Ook daarin toonde Sheila over een goede vorm te beschikken maar ook hierin bleek het krachtsverschil want Sheila had beide partijen net te veel tijd nodig om het tot een voor haar goed einde te brengen. Dus verloor ze beide partijen maar mocht later met opgeheven hoofd de zaal verlaten. In de wandelgangen klonk het overigens dat ze in één van die partijen mat in één gemist zou hebben. Maar dat hoort ook bij het snelschaken!

De interne competitie begon met een treffen tussen Jan van Dam en Martijn van Dam. Helaas verliep deze partij buiten het beeld van de commentatoren. Zij speelden tegen elkaar en hadden nauwelijks gelegenheid om naar de verdere partijen te kijken. Hierbij dan ook de oproep om commentaar op de eigen partij in te sturen als men graag de eigen partij besproken ziet worden. Ditzelfde geldt ook voor de partij tussen Amine Mahjoubi en Jan van Huizen. Je bent geneigd te zeggen dat het waarschijnlijk niet al te moeilijk voor Jan moet zijn geweest om te winnen want er was nauwelijks een uur speeltijd voorbij toen hij al in de zaal rondliep om de andere partijen te bekijken. Dan Thomas Ammerlaan tegen Peter Leentvaar en daar heeft Thomas gelukkig commentaar op ingestuurd: Over de opening valt niet veel te zeggen, ik gaf Peter het loperpaar om tegen een dubbele c-pion te spelen en het begin van het middenspel was dan ook het doel voor mij om zoveel mogelijk druk op de c-lijn te zetten en voor zwart was het plan om ofwel van de dubbele pion af te komen via iets als c5 of om mijn d-pion af te ruilen om een open bord te krijgen zodat het loperpaar actief wordt. Uiteindelijk wist ik mijn paard voor zijn loper op f7 te ruilen, waarna het iets beter leek voor wit. Zwart kwam niet veel later passief te staan om zijn pionnen op a6 en c6 te verdedigen, maar na 27 zetten werd de druk te veel:

In plaats van 27... Dc8 had zwart voor tegenspel moeten gaan met Df5, waarna bijvoorbeeld 28. Dxa6 Tfe7 29. Lf2 Txe1+ 30. Txe1 Txe1+ 31. Lxe1 Db1 32. De2 gespeeld kan worden, hoewel het daarna nog steeds lastig is voor zwart. De beste zet, Kf8, is al niet erg duidelijk. Na Dc8 speelde ik 28. Lg5 waarna zwart een pion verliest met vrij weinig compensatie voor het materiaalverlies. Txe1+ 29. Txe1 Tf8 30. Lxd1 Txd1 31. Dxc6 Da8 32. Dxa8 Txa8 volgde, waarna de positie transformeerde naar een eindspel met een loper en toren voor zwart en een toren + paard en een extra pion voor wit. Een lastige opgave om te verdedigen en met minder dan 10 minuten op de klok voor Peter leek het dan ook een kwestie van tijd voordat er een fout zou komen. Deze fout kwam op zet 37:
In plaats van 37... Le7 was de positie misschien nog te verdedigen met a5, als je speelt als de computer tenminste. Na Le7 speelde ik vrij snel 38. Pg4 en om niet een pion te verliezen. Na Pe5+ speelde Peter Lf6; Ld6 was ook een optie, maar je komt in dezelfde situatie terecht na 39. Pe5+ Lxe5 40. dxe5 Ke6 41. f4 g5 42. g3 Kf5 43. Ke3 gxf4+ 44. gxf4, waarna zwart vrijwel in zugzwang zit en wit na Tg2 langzaam met e en f-pion weet door te lopen. Na Lf6 volgde nog 39. Pxf6 Kxf6 40. Ke3 g5 41. g4 h6 42. f4 waarna Peter opgaf, sinds zwart bijna geen zetten meer heeft:
Een vervolg had nog 42... a5 43. Tc5 Ta6 44. f5 h5 45. h3 h4 kunnen zijn, waarna wit doorbreekt met Kd3 gevolgd door Tc2, Te2 en Te6.
Hierna de partij van de twee commentatoren tegen elkaar, Fred van Wieringen tegen Bonne Faber. Ze kennen elkaars spel wel een beetje, maar Fred had op zeker moment een veel betere zet kunnen spelen:
In deze stelling speelde hij - Le2 maar - d5 was veel beter. Dan zou er ...;Pb4 - d6;Lf8 - e4;a6 - e5;Pg8 kunnen volgen en was zwart bijna helemaal terug bij af. Nu rokeerde zwart kort. net als wit op de zet hierna. In plaats daarvan was - d5 weer sterker geweest en zou zwart in grote problemen zijn gekomen wegens de dreiging d6 en dus stukverlies. Gelukkig voor Bonne zag Fred deze mogelijkheid niet en speelde hier a3. Nu speelde Bonne de zet die zijn problemen op had gelost wel: ...;d5. De partij ging zo nog een poosje door met van beide kanten onzorgvuldigheden totdat de volgende stelling werd bereikt:
Hier had Bonne enkele keren de zetten herhaald met de dame, op de zesde rij en vond hij het moment gekomen voor remise. Dat kun je op verschillende manieren doen met bijv. "ik bied remise", "zullen we het remise houden" en zoals Bonne het deed: "ik stel remise voor". De eerste mogelijkheid heeft enigszins een angstig sausje over zich, de tweede houdt a.h.w. de deugd in het midden terwijl de derde alles open houdt. Na niet al te lang na te denken accepteerde Fred, hij was vooral bang voor wat er - na de beste zet voor zwart, ...;Pb5 zou kunnen gebeuren. Bonne had, gezien de stelling, het beste de eerste mogelijkheid voor het remisevoorstel kunnen kiezen.
Hierna de partij tussen Leo Stelloo en Julian Krabbendam en daar had Fred nog het volgende over te vertellen: Leo had de laatste partijen goed gescoord en stond redelijk hoog op de ranglijst. Zodoende kwam hij Julian tegen. Julian was ook bezig om goede partijen te spelen en dat ondervond Leo. Julian zette direct druk op de koningsstelling van Leo. Deze begon langzaam af te brokkelen. Met twee torens en een dame wist Julian de koning op de h-lijn te houden. Leo kon schaakmat niet meer tegenhouden, hoewel hij het nog prebeerde met een dameoffer. Sterk gespeeld, Julian! Albert Bijzitter mocht deze avond uitproberen hoe terecht de rating van Timo van Kesteren was en had daar moeite mee. Hij werd door Timo een beetje vastgezet op de koningsvleugel en moest lijdzaam toezien hoe Timo zijn bereikte voordeel steeds verder uitdiepte. Tenslotte wist hij geen oplossing meer te vinden en gaf de partij dus maar op.
Duncan Peltenburg was - met zwart - gekoppeld aan Kees Breen. die maanden niet heeft geschaakt i.v.m. werkzaamheden in het buitenland. Het zou een bizarre partij worden. Het bizarre begon in het eindspel. Duncan wist via omwegen een dame te halen. Door een verkeerde torenzet wist Kees ook een dame te halen. Kees raakte door een fout zijn dame weer kwijt en dat gebeurde ook met Duncan. Uiteindelijk was Duncan alles kwijt en Kees had nog een pion. Kunt u het nog volgen?? Ik niet. Kees wilde deze pion omtoveren tot dame maar liet toe dat Duncan in de hoek kroop. Het werd remise…maar er werden wel een aantal foutjes gemaakt…. De partij tussen Frits van der Veeke en Jan van Baardwijk verliep voor Jan dramatisch. Zeer snel raakte hij twee stukken kwijt. Frits wist hier wel raad mee en trok ten aanval. Een aanval met dame, toren en paard was voor Jan teveel en hij feliciteerde Frits met de overwinning. Weer een partij "buiten beeld" en die ging dan tussen Peter Derrez en Hans Maagdenberg. Later lieten ze in de wandelgangen horen dat ze allebei tevreden waren met de behaalde remise en de gespeelde partij. Dan de partij tussen Dennis de Graaf en Jacques Kokshoorn. Dennis offerde in de opening een pion om beter te kunnen ontwikkelen. De druk kwam op de koningsstelling van Jacques, deze werd goed verdedigd. Jacques kon zelfs op de c-lijn met de toren binnen komen om twee pionnen te pakken. De speelruimte voor Dennis werd kleiner en hij verloor een loper. Het werd van kwaad tot erger voor Dennis en hij gaf op. Een opluchting voor Jacques, die vertelde dat hij uit vorm was. En deze overwinning helpt om weer beter te gaan schaken. Toch speelde ook Dennis een goede partij maar miste op essentiële momenten de betere zetten. De laatste partij werd gespeeld tussen Albert Schaefer en Wim Noordermeer en die partij werd tenslotte ook remise, met de belangrijke opmerking van Albert achteraf: "Ich hab' einen Fehler gemacht!" Het verhaal verteld verder niet wat nou die fout is geweest.
Wel is er weer een nieuwe tussenstand.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten