zaterdag 25 juni 2022

Ronde 34

De vaste kern was weer aanwezig, ditmaal bestaande uit vogels van diverse pluimage. Er waren geluksvogels en dus ook pechvogels, terwijl enkelen gewoon hun partij kwamen spelen. Ook de laatste prijswinnaars raakten nu bekend, waarbij de nieuwe "eigenaars" de wel een beetje verwachte namen droegen.

Meteen in de eerste partij was er al sprake van een soort van geluk en daarmee ook een soort van pech. In de partij tussen de nummers één en twee van de ranglijst, zoon en vader Thijs en Jan van Dam, stond er niet veel meer op het spel, behalve eer en prestige. Daar stak Thijs, die inmiddels al lang clubkampioen is, gewild of ongewild, een volle toren in. Zou dit dan zijn eerste nederlaag van het seizoen (natuurlijk wel een beetje wrang als dat dan juist de laatste partij is) worden? Maar met een toren voorsprong wist Jan de partij toch niet binnen te halen, sterker nog, hij verloor zelfs nog. Was het dan pech voor hem dat dit nu gebeurde of was Thijs te sterk in het eindspel? Hoe dan ook, met een score van 97% (!!) is Thijs dus de opvolger van zichzelf geworden qua kampioenschap.

Nog een toppartij stond op stapel tussen Jan van Huizen en Rik Verheij. Maar daarin bleven beiden ver van de gevaarlijke afgronden, die soms een partij beheersen. Ze waren er al vrij snel mee klaar om tot de conclusie "meer dan remise zit er niet in" te komen.

Maar de druk van de avond stond vooral op de partij tussen Bonne Faber en Michiel Landman, hier stond immers het kampioenschap van groep 2 voor een deel op het spel. Daarin kreeg zwart langzaam maar zeker een klein voordeel en wit wist daar niet voldoende op te reageren. De ommekeer leek te komen op het moment, dat zwart zijn loperpaar opgaf, hoewel dat achteraf toch niet zo bleek te zijn. Beide spelers verdubbelden hun torens, wit op de d-lijn en zwart op de e-lijn en nu ging het steeds meer op remise lijken. Maar dat aanbod werd niet gedaan; zwart kwam met zijn koning naar voren, zich daarmee wel aan schaakjes blootstellend. Die dreiging kwam er op zeker moment ook en zwart wist niet beter te doen dan één van zijn torens te geven voor de schaakdreigende witte loper, wat niet zijn beste zet van de partij was. Nu, met een kwaliteit voorsprong zou wit het redelijk eenvoudig af moeten kunnen maken, daarvoor moet je echter wel de nodige technische bagage hebben. En die bleek niet aanwezig bij wit deze partij want hij liet zich in slaap sussen door de opstomende h-pion van zwart. Die dreiging had nog opgevangen kunnen worden met een koningszet, maar, zoals al gesteld, er ontbrak enige bagage. Nu kon de zwarte h-pion het promotieveld bereiken en met nu een loper voorsprong tegen een pion bleek zwart wel de voor hem nodige bagage in zijn achterzak te hebben, zodat tenslotte, tot verbazing van de meeste aanwezigen, de winst naar zwart ging.

De kampioen van groep 2 - net als die van groep 3 - zou dus kunnen komen uit de partij tussen Thomas Ammerlaan en Maurits Leentvaar. Bij een positieve uitslag voor één van beiden zou die persoon meteen groepskampioen zijn. Die titel leek naar Maurits te gaan voor groep 2, hij kwam goed te staan, hier was er echter ook sprake van het ontbreken van enige extra bagage. Op een gegeven moment, met de hele vijfde rij ter beschikking van een toren - en vier op een rij pionnen op de zesde rij - speelde hij zijn pion op de g-lijn op en kon Thomas, via afruil, een vrij remiseachtig eindspel bereiken. Als Maurits echter zijn koning had opgespeeld om die vier pionnen een steuntje in hun rug te geven, had het heel anders kunnen lopen. Nu "moest" een gefrustreerde Maurits genoegen nemen met remise en af gaan wachten, hoe de eerder besproken partij af zou lopen. Maar met deze remise was Thomas in elk geval kampioen van groep 3 geworden.

Was het anders gelopen, dan had hij nog concurrentie kunnen krijgen van Jan van Baardwijk, die het op moest nemen tegen Leo Stelloo. Met verlies voor Thomas en winst voor Jan zou laatstgenoemde wel eens kampioen van groep 3 kunnen zijn geworden. Die winst, daar leek Jan een poosje op af te stevenen maar hij maakte op een gegeven moment een fout met een bepaalde afruil. Door die fout kon Leo weer helemaal terugkomen in de partij en deze tenslotte zelfs winnend afsluiten.

De laatste partij, die ook nergens meer om ging, was die tussen Martijn van Dam en Wim Noordermeer. Martijn leek aardig ingesteld op de foefjes van Wim en wist daar mooi kom-af mee te maken. Tenslotte leverde hem dat een punt op.

Door deze uitslagen krijgt de huishoudelijke competitie '21-'22 deze eindstand.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten