Eigenlijk de laatste kans voor klassenbehoud voor dit Pionierteam. Maar niemand geloofde daar nog ècht in, daarvoor was het ratingverschil tussen beide teams om te beginnen al veel te groot (een gemiddeld verschil van maar liefst 250). Hiernaast werden nog enkele partijen gespeeld voor de interne competitie.
In een gemoedelijke stemming werd de wedstrijd opgestart door wedstrijdleider Fred van Wieringen, die, wegens een dan oneven aantal in de interne competitie zelf gaan partij had. Maar dat kon hij in het weekend meer dan goed maken door zijn deelname aan de weekendvierkampen van het Tata-toernooi!
Het krachtsverschil werd al snel duidelijk aan het eerste bord, waar Ben Blakmoor acte de présence gaf. De hele positie van Ben werd eigenlijk al in het middenspel uit elkaar geslagen en dan is Ben er niet de persoon naar om nog te proberen er iets uit te slepen, wat alleen theoretisch nog kans van slagen zou hebben. Ben gaf dus op.
Al snel hierna kwam de 0-2 op het uitslagenbord. Tim Albus had aan bord 2 zijn eigen kenmerkende spelletje gespeeld, waar sommige tegenstanders hun tanden wel eens op stuk willen bijten. Maar zijn tegenstander van deze avond trapte hier niet in en stuurde Tim dus met een nederlaag weer naar huis.
Na hem was het de beurt aan Frits Wilschut aan bord 8 om zijn tegenstander met de overwinning te feliciteren. Frits deed wel zijn uiterste best om iets te scoren, het mocht hem echter niet lukken. Ook hij moest erkennen dat de spelers van Erasmus 4 te sterk waren.
Zou er dan niets ten gunste van het Pionierteam uitvallen? Toch wel, aan bord 4 had Wim Albus een overwegende stelling weten te krijgen met z'n beide torens op de f-lijn en z'n dame ter ondersteuning ook gericht op de vijandelijke koning. Maar zoiets wil nog altijd niet zeggen dat je dan ook het punt zult mogen binnenhalen. Maar met het nodige sterke spel lukte het Wim dan toch om als eerste Pionier een punt binnen te halen.
Maar daar bleken de Erasmianen toch niet zo van onder de indruk, via teamleider Leo Stelloo aan bord 6 bereikten ze het vierde punt. Leo verviel weer in een oude fout en dat was van de zetten, die vrij logisch leken, ook te proberen alle mogelijkheden te doorgronden. Als een zet redelijk juist lijkt te zijn, dan moet je er niet al te veel tijd aan besteden, anders heb je te weinig over om een zet, die wel de nodige tijd vraagt, goed te bekijken. En inderdaad, ook Leo moest het punt aan zijn tegenstander laten.
Na hem was het de beurt aan Ronald van Velzen om het punt, dat Erasmus nodig had voor de volle winst, aan te laten tekenen. Ronald kreeg een moeilijke aanval voor de kiezen en wist daar niet de juiste antwoorden op te vinden. Dit verlies betekende op dat moment een 1-5 achterstand.
En ook de 1-6 was onderweg, daar zorgde Arie Bliek voor, spelend aan bord 3. Arie speelde weer zijn onnavolgbare spelletje en dat kostte zijn tegenstander toch de nodige bedenktijd, zodat het er op een gegeven moment op ging lijken, dat Arie kansen kreeg om de partij op tijd te gaan winnen. Maar met het tegenwoordige Fischer-tempo moet dan ook de stelling voordelig zijn en dat was Arie's stelling nou weer niet. Dus ook Arie moest tenslotte het punt afgeven.
Maar toch zat ook hier het venijn in de staart en dat venijn werd bestuurd door Frits van der Veeke aan bord 5. Ook Frits had lange tijd een beetje het spoor van zijn teammakkers moeten volgen en het ging bij hem op verlies lijken. Maar Frits rechtte zijn rug en gaf zijn tegenstander veel stof om over na te denken. En die stof bleek tenslotte voldoende om die tegenstander, ondanks het Fischer-tempo, door zijn vlag te gaan!
Dit alles betekende tenslotte het volgende wedstrijdformulier:
De Pionier 3 | 1387 | - | Erasmus 4 | 1642 | 2-6 | |
1 | Ben Blakmoor | 1605 | - | Anton van Berkel | 1804 | 0-1 |
2 | Tim Albus | 1369 | - | Bram de Knegt | 1610 | 0-1 |
3 | Arie Bliek | 1364 | - | Cor van As | 1600 | 0-1 |
4 | Wim Albus | 1513 | - | Herman Beerling | 1670 | 1-0 |
5 | Frits van der Veeke | 1339 | - | Jaap van Meerkerk | 1584 | 1-0 |
6 | Leo Stelloo | 1472 | - | Lucian Mihailescu | 1715 | 0-1 |
7 | Ronald van Velzen | 1179 | - | Victor Hooftman | 1584 | 0-1 |
8 | Frits Wilschut | 1258 | - | Ron Ansem | 1565 | 0-1 |
In de interne competitie kregen Jan van Huizen en Bonne Faber met elkaar te maken. Het werd een typische opening, waarbij Bonne het beste van het spel kreeg. Hij verhinderde de rochade van Jan, voor hem zelf echter werd het ook moeilijk de koning uit het centrum te krijgen. Toen dat tenslotte nog wel zou kunnen sloeg hij die mogelijkheid in de wind, door een stuk met zijn koning terug te nemen i.p.v. met de dame. Later bleek die koning in het centrum het begin van het einde te worden want Jan kwam met z'n d- en z'n e-pion, ondersteund door koning en toren, opzetten. En twee verbonden pionnen op de zesde rij zijn minstens zo sterk als een toren en hiermee werd Bonne uiteindelijk mat gezet.
Dan mocht Jan van Baardwijk proberen iets af te snoepen van Ernst-Jan Pluim Mentz. Het lukte Jan wel om lang stand te houden, er ontstond tenslotte een paardeindspel, waarin Ernst-Jan een pion meer had. Een dergelijk eindspel kun je met een gerust hart aan de Pionierkampioen overlaten en ook nu voerde hij dit eindspel met vaste hand naar winst.
Eigenlijk een onverwacht resultaat kende de ontmoeting tussen Rik Verheij en Michiel Landman. Rik wist het betere van het spel te krijgen en Michiel leek het steeds moeilijker te krijgen. Hij wist echter wel op de been te blijven en Rik leek, langzaam maar zeker, steeds meer vrede te krijgen met remise. Maar daarbij rekende hij niet voldoende met Michiel, die de koning van Rik in het nauw ging brengen. En tot Rik's verbijstering werd hij mat gezet op de h-lijn.
Dan tenslotte nog de partij tussen Sheila de Jonge en Wim Noordermeer. Beiden zijn aardig aan elkaar gewaagd en het worden vaak partijen, waar de nodige fouten in worden gemaakt, maar waarin ook leuke dingen te zien zijn. Ditmaal trok Wim tenslotte aan het langste eind.
Er is weer een nieuwe stand.
Er is weer een nieuwe stand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten