vrijdag 17 december 2010

Ronde 15

Nog niet gepijnigd door de winterse omstandigheden ging deze ronde van start. Een aantal leden had blijkbaar last van een vooruitziende blik en bleef thuis achter de warme kachel. Gelukkig kon het slot van de tweede ronde IBC wel gespeeld worden.

Als Arie Bliek en Rick Verheij aanwezig waren dan kon de tweede ronde voor de interne beker worden gespeeld. En dat was gelukkig het geval, hoewel Arie daar achteraf misschien anders over zal kunnen denken. In hun eerste partij dacht hij nog wat kansen te krijgen middels het pennen van de d-pion van Rick. Het zag er toch wel gevaarlijk uit, Rick wist die problemen echter op te lossen en rende met beide centrumpionnen daarna naar voren. Dat werd Arie te veel, zodat er, na een korte pauze, aan de tweede partij werd begonnen, die Arie dus moest winnen wilde hij kansen op ronde 3 houden. Maar ook de tweede partij wist Rick winnend af te sluiten, zodat het veld voor de derde ronde nu compleet is en de loting verricht kan worden.
In de interne competitie bleek, dat Ernst-Jan Pluim Mentz dit seizoen niet per definitie van iedereen gaat winnen. Tegen Ad van der Ree kwam hij op een gegeven moment zelfs een pion achter. Maar hij bleek toch wel alles onder controle te hebben. Met aan beide kanten de torens en een loper (van gelijke kleur) nog op het bord om de pionnen aan te vallen en/of te verdedigen had Ernst-Jan een zwakte op d6 en Ad eentje op e3. Zou Ad de zwakte van z'n tegenstander proberen uit te buiten, dan ging het in de partij waarschijnlijk niet zo goed met hem aflopen want dan werd zijn zwakte uitgebuit en daar leek dan weinig weerwoord op gedaan kunnen worden. Dus maar besloten tot het verdelen van het punt.
Het punt verdelen wilde Jan van Baardwijk waarschijnlijk ook wel aan het begin van zijn partij tegen Jan van Dam. En toen de partij vorderde zal die wens groter geworden zijn want Jan van Dam kwam aardig opzetten langs e- en f-lijn. "Andere" Jan wist zijn stelling met hangen en wurgen intakt te houden, kwam echter wel zeeën van tijd achter. Maar toen sloeg het noodlot toe voor Jan van Dam, hij maakte een fout en verloor de heerschappij. Sterker nog, hij verloor daardoor de partij!
Michiel Landman probeerde zich Jan Straatman van het lijf te houden. Maar hij was "vergeten" zijn damevleugel te ontwikkelen en daar richtte Jan zijn pijlen op. Dat leverde hem uiteindelijk de winst van een kwaliteit op, waarna hij de partij "op techniek" af wist te maken.
Het kampioenschap van de Fritsen kwam weer in een volgende fase, Frits Wilschut mocht het gaan proberen tegen Frits van der Veeke. Eerstgenoemde Frits wist daarbij een interessante stelling op te bouwen, verzuimde echter die te gaan verzilveren. Hij kreeg de kans geboden op de damevleugel een pion en een kwaliteit te winnen, verzuimde dat echter en hield zich meer bezig met verdedigen. Dat resulteerde tenslotte in een poging van laatstgenoemde om nog iets te "ritselen" met dame en twee torens. Ook dat ging uiteindelijk niet door. Wat wel doorging was de remise tussen beiden.
Een bestuursaangelegenheid werd het tussen Jan van Huizen en Sheila de Jonge. Hierbij moeten aan de uitslag maar geen consequenties verbonden worden qua betere bestuurder, alleen misschien qua betere schaker. Jan wist te drukken op de stelling van Sheila, die niets beters wist te doen (en kon doen) dan in haar schulp te kruipen. Maar Jan hield de druk op de ketel en sleepte uiteindelijk het punt ook binnen.
Op voorhand leek de partij tussen Bonne Faber en Leo Stelloo een gelopen race te worden, Leo wist echter te putten uit een scala van onvermoede kwaliteiten. Daar hoorde echter geen snelle besluitvaardigheid bij want, na al doende in de partij inmiddels twee pionnen en een stuk kwijtgeraakt te zijn wist hij nog een gevaarlijk uitziende aanval met toren en dame op touw te zetten. Maar toen stond zijn vlag al zo ongeveer op vallen, anders had hij misschien wel meer uit die aanval kunnen halen dan het verlies, wat nu zijn deel werd.
Dan werd ook gespeeld door Sidney Noordijk en Wim den Heijer. Hier ging het zeker niet volgens de regels, die de (groot)meesters normaliter hanteren. Het vlat dan wel op, dat Sidney zijn stelling in de opening goed weet op te bouwen, daarna echter de draad kwijtraakt. Maar Wim wist daar minder van te profiteren dan mogelijk was, hij wilde het blijkbaar "te mooi" doen. Waar hij bijvoorbeeld mat in enkele zetten had kunnen geven trok hij een loper terug en moest zodoende nog zo'n 20 zetten laveren. Maar uiteindelijk kreeg de partij toch de uitslag die ze eigenlijk verdiende: Wim won.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten