zaterdag 12 april 2014

Ronde 30

"Wat moet ik daar nou weer tegen spelen?" lijkt Michiel Landman zich af te vragen. Maar hij wist wel een oplossing te vinden, net als een aantal anderen in deze ronde. Ook is te zien op deze foto dat Ernst-Jan Pluim Mentz weer terug is van vakantie. Wist hij de aanval van Ben Blakmoor te pareren?

Er werd Ben een weinig gespeeld gambiet voorgeschoteld en daar reageerde hij waarschijnlijk te voorzichtig op, hoewel je natuurlijk wel sterk in je schoenen moet staan om een door een (op papier!?) sterkere speler aangeboden pionnetje zomaar te accepteren, vooral in de opening. Iedereen is tenslotte geen Wilhelm Steinitz! Maar even later wist Ben zich toch niet in te houden; altijd wel "in" voor een geintje dacht hij toch een pion te kunnen winnen middels het schijnoffer van een paard. Maar zou Ben het antwoord wel voldoende overwogen hebben? Ernst-Jan plaatste een suggestief tegenoffer waardoor de rochade van Ben teniet werd gedaan en diens koning "eventjes" het open veld in werd getrokken. Uiteraard moest Ben het (loper)offer wel aannemen, waarna hij nu het gambietpionnetje wel op ging souperen. Nadeel daarvan bleek nu wel het openen van de f-lijn, waarlangs zwart op termijn een aanval zou kunnen opzetten. En weer leek Ben net iets te voorzichtig te reageren door eerst zijn koning meer in veiligheid te brengen, waar hij misschien zijn centrum had moeten versterken door één van de sterk opgestelde zwarte paarden aan te vallen. Nu ging Ben zijn vooruitgeschoven f-pion op de moeilijke manier dekken, waardoor zijn tegenstander de mogelijkheid kreeg z'n dame er bij te halen. Hoewel hierna wel vaak de beste zet werd gespeeld vervloog het voordeel van Ben toch wel een beetje als sneeuw (die we dit jaar niet hebben gezien) voor de zon, die gelukkig overvloedig heeft geschenen. Opnieuw ging Ben voortvarend in de aanval, liet daarbij zijn achterlijn wel in de steek, waar een paardzet (met op termijn dezelfde bedoeling als Ben nu leek te hebben) wat beter zou zijn geweest. Hierbij een tempo verspelend, waardoor zwart voor het eerst beter kwam te staan, zette hij alles op de ene kaart, die hij nog in z'n mouw had. Maar zijn verdediging werd uiteengereten en hij kreeg een dubbelpion. Nu raakte Ernst-Jan steeds meer in zijn element, vooral toen Ben ook nog eens een beetje nodeloos een pion weggaf. Het enige, waar Ben nu nog enigszins op kon hopen was een mataanval met alle hem ter beschikking staande materiaal. Maar met een Ernst-Jan in deze vorm bleek dat een te zoete droom. Er werden nog torens geruild en een zwarte poging tot dameruil. Dat ging in eerste instantie nog niet door, even later bleek het niet te verhinderen. Een loper-paard eindspel ontstond met voor Ernst-Jan dus een pluspion. Daarbij voelt hij zich als een vis in het water en Ben kon slechts verdedigen. Daar leek hij op een gegeven moment genoeg van te krijgen want hij bood ruil van loper tegen paard aan, waarbij hij nog wel een vrijpion kreeg. Maar zwart's koning bevond zich "in het vierkant" en wit's koning werd de pas afgesneden om z'n pionnetje te ondersteunen. Dit werd nu ook Ben te veel en - met opgeheven hoofd - moest hij erkennen op dit moment zijn meerdere gevonden te hebben.
Hier profiteerde eigenlijk Jan van Huizen van, bij winst op Wim Noordermeer zou hij plek 2 weer over kunnen nemen. Maar dat ging minder van een leien dakje als je misschien van te voren zou hebben verwacht. Jan speelde het wel heel voorzichtig, wat er misschien een oorzaak van was dat hij minder snel van z'n dakje af kon geraken. Toch wist Jan op een gegeven moment een kwaliteit te veroveren en vanaf toen werd het eigenlijk niet zozeer de vraag "of" maar eerder "wanneer" Jan het punt zou gaan incasseren. Zijn incassobureau bleek goed te werken en plek 2 was voor Jan.
De opkomst deze avond liet toch een beetje te wensen over en daar werd Trudy Angeneind eigenlijk de dupe van, ze moest nu optornen tegen Bonne Faber. Maar met zwart deed ze dat redelijk naar behoren, hoewel ze haar koningsvleugel wel snel, en niet meteen nodig, verzwakte. Toch bleef haar koning lange tijd in het centrum (pas op zet 24 rocheerde Trudy maar toen was het leed al voor haar geschied), het spel werd vooral op de damevleugel gespeeld. Daar raakte ze een pion kwijt en kreeg hierna een door haar niet te stuiten aanvalsgolf over zich heen. Dat kostte haar de dame en met de moed der wanhoop probeerde ze (dus met de rochade) nog een vorm van schuilplaats voor haar koning te creëren. Maar ook dat werd haar monarch niet toegestaan en tenslotte moest ze, nog net niet matgezet, opgeven.
Arie Bliek kreeg een agressieve Ger Croonenberg tegenover zich. Ger leek wel eens af te willen rekenen met alle, vooral van zichzelf (!), commentaar dat "hij niet zou kunnen schaken". Hij stuurde zijn dame naar de voorlaatste rij, waar vandaan ze het gevecht ging beheersen. Dat resulteerde tenslotte in mat op g2.
Commentaar op de partij Frits Wilschut tegen Michiel Landman kan nu als slotpraatje worden gedaan. Zoals al gezegd, Michiel had een antwoord weten de vinden op de openingszet van Frits. Maar Frits liet zich daardoor niet meteen uit het veld slaan en legde een leuke partij op het bord. Toch verkreeg Michiel langzamerhand de overhand en moest Frits lijdzaam toezien hoe de slachtbank steeds dichterbij kwam voor hem. Daar nam hij dus maar noodgedwongen op plaats.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten