maandag 14 oktober 2019

CSV 4-De Pionier 3

Gezien het ledenaantal was het dit seizoen weer mogelijk een derde achttal i.p.v. een viertal in te schrijven voor de RSB-competitie. De vuurdoop voor dit nieuwe team werd een uitwedstrijd in Capelle, tegen een team, dat vorig seizoen op de laatste plaats in een derde klasse groep was geëindigd.
De aanloop naar deze wedstrijd was geen gelukkige, de één na de ander gaf aan verhinderd te zijn of er geen zin meer in te hebben. Hierdoor zou er tenslotte met slechts zeven spelers gespeeld kunnen worden. Vaak is het - vooral bij een uitwedstrijd - het geval, dat een teamleider op het allerlaatste moment een telefoontje krijgt van verhindering door ziekte of iets anders van een geselecteerde speler. Maar nu was het net andersom want een uur voor vertrek kreeg teamleider Sheila de Jonge een telefoontje dat betrokken persoon zich toch beschikbaar stelde voor de wedstrijd. Dus tenslotte toch een compleet team!
Toch werd de reis maar met zeven spelers gemaakt want een week eerder was er al een partij vooruitgespeeld op verzoek van CSV. Het ging daarbij om bord 4, waar Leo Stelloo werd gevraagd om achter te gaan zitten. Bij het geweld van het eerste team, dat toen een thuiswedstrijd speelde, viel deze partij een beetje in het niet. Toch hield toenmalig wedstrijdleider Fred van Wieringen hier ook een oogje in het zeil en schreef er na afloop enkele regels over: van de wedstrijd CSV 4–De Pionier 3 werd er een partij vooruit gespeeld. Leo Stelloo speelde een verdienstelijke partij, kwam ook voor, stond zelfs gewonnen aan het slot, maar door tijdnood gedwongen bood hij remise. Dat aanbod werd ook aangenomen, de tegenstander was al van plan middels herhaling van zetten die remise af te dwingen.
Zodoende kon er, met aan beide kanten redelijke tevredenheid, aan de andere zeven partijen worden begonnen.
Aan bord 2 ging het vrij lang goed bij Bonne Faber. Maar zijn tegenstander zag op zeker moment een mooie combinatie, beginnend met een loperoffer op h7 en omdat er ook een paard en de dame snel bij betrokken konden raken was partijverlies voor Bonne slechts een kwestie van tijd. 1½-½ dus.
Maar eigenlijk toch ook niet, op dat moment immers waren de partijen aan de borden 7 en 8 ook al afgelopen, beide borden in het voordeel van het Pionierteam, dus stond er een stand van 1½-2½ op het scorebord.
Aan bord 7 ging het bij debutant Kees Breen boven verwachting van een leien dakje. Het leek er veel op, dat Kees zomaar materiaal in de schoot kreeg geworpen, alleen moest hij het wel op de juiste manier incasseren. Dat deed hij zoals het hoorde.
Bord 8 kende Ronald van Velzen als bezetter en bij Ronald ging het eigenlijk net zo makkelijk als bij Kees. Door een verkeerde inschatting door zijn tegenstander won Ronald al snel een stuk en kreeg daarna ook nog enkele pionnen cadeau. Dat liet hij dus niet op zich zitten!
Nu waren er dus 4 borden afgewerkt, de andere vier lieten echter nog een hele tijd op zich wachten. Aan bord 5 speelde teamleider Sheila de Jonge een goed doordachte partij waarbij ze vooral op de koningsvleugel actief werd met twee torens en de dame. Het waren tegengestelde rochades en dat beloofd vaak aanvallend spel. De zwarte koning stond helemaal in het hoekje, op h8 dus, terwijl Sheila een half-open g-lijn had bezet met toren en dame. Daar stond een toren op g8 tegenover, direct mat ging dus niet. Maar met een loper op h5 maakte die tegenstander de fout zijn g-pion op te spelen naar g6 en te denken zijn koning via g7 naar veiliger oorden te kunnen brengen. De dame van Sheila stond op dat moment op g5, wat dus stukwinst betekende. Hierna kon de dame van Sheila ook nog (met schaak) een pionnetje op e5 meesnoepen, waarna het eigenlijk een gelopen race werd. Vooral toen er ook nog een kwaliteit werd gewonnen omdat dame en een toren op dezelfde diagonaal waren geplaatst en Sheila een loper van de kleur van die diagonaal daarop kon plaatsen. Hierdoor kwam de tussenstand 1½-3½ op het publicatiebord.
De eer om de wedstrijdpunten binnen te halen werd opgeëist door Albert Schaefer aan bord 6. Albert had een mooie aanval op weten te bouwen en had de damevleugel helemaal onder controle. Maar i.p.v. de actie door te zetten middels een mogelijke pionwinst leek hij beren op z'n weg te zien en ging enkele tempi verliezen op de koningsvleugel. Hierdoor kon zijn tegenstander z'n stelling wat opkalefateren en in de aanval gaan met zijn koningsvleugelpionnen. Maar dat bleek onvoldoende door te slaan en zo kon Albert op de damevleugel verder gaan met aanval. Dat leverde hem in eerste instantie al een paard op omdat de dekkende loper gepend stond. Hierdoor ontstond er ook meer ruimte voor Albert, wat hem tenslotte ook de dame opleverde voor een toren. Maar hij moest zijn tegenstander wel helemaal mat zetten voordat deze in zijn nederlaag geloofde. De wedstrijdwinst was dus binnen met de tussenstand 1½-4½.
Kregen de Capellenaren nu verder helemaal niks meer? Toch wel want aan bord 1 werd er door Michiel Landman keihard tegen de bierkaai gevochten. Daar was een stelling ontstaan met een kwaliteit minder voor Michiel en hij kreeg ook nog een vrijpion op de b-lijn tegen. Met toren en paard tegen twee torens kun je een partij nog heel lang rekken als je tegenstander dit niet snel weet af te maken en zo slaakte Michiel, toen hij tenslotte de partij op moest geven, de verzuchting: "Ik heb wel zo'n honderd zetten gespeeld!". Maar het werd wel 2½-4½.
Als laatste was Jan van Baardwijk nog bezig aan bord 3. Daar leken beide tegenstanders redelijk tegen elkaar opgewassen maar kreeg Jan op een gegeven moment wel een mooie aanval door het centrum, op d1 en e1 ook nog gesteund door torens. Op zeker moment stortte de verdediging van de tegenstander a.h.w. in elkaar maar kostte het Jan nog wel heel wat moeite om zijn schaakschaapjes op het droge te krijgen. Dat lukte hem tenslotte heel mooi en zo eindigde deze wedstrijd in een voor het Pionierteam heel verheugende eindstand van 2½-5½, zoals te zien op het wedstrijdformulier:

CSV 4 1312 - De Pionier 3 1410 2½-5½
1 Cees Groenendijk 1515 - Michiel Landman 1503 1-0
2 Robbert Ritsma 1466 - Bonne Faber 1527 1-0
3 Bjorn Hartog 1444 - Jan van Baardwijk 1435 0-1
4 Eduard Hartog 1406 - Leo Stelloo 1403 ½-½
5 Ard van der Marel 1019 - Sheila de Jonge 1472 0-1
6 Marco den Uijl
- Albert Schaefer 1279 0-1
7 Hans Hsiao 1024 - Kees Breen
0-1
8 Damon Huibregtsen
- Ronald van Velzen 1248 0-1
Als je dan later de verschillende ratings bekijkt dan krijg je wel een beetje het idee, dat CSV 4 zelfs nog vrij goed is weggekomen met deze nederlaag!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten